Learn languages faster with AI

Learn 5x faster!

+ 52 Languages
Start learning

Countable and Uncountable Nouns Exercises For Dutch Grammar


Exercise 1: Countable Nouns


In Dutch grammar, nouns can be classified as countable or uncountable. Countable nouns are those that can be counted and have plural forms, while uncountable nouns cannot be counted and usually do not have plural forms. In Dutch, countable nouns often require an article such as ‘een’ (a/an) or ‘de’/’het’ (the). Understanding the difference between countable and uncountable nouns is essential for mastering Dutch grammar.

Learning materials for German grammar exercises 

The most efficient way to learn a language

Try Talkpal for free
1. Ze heeft *twee* (two) appels gekocht.
2. Er zijn *vier* (four) stoelen in de kamer.
3. Hij heeft *drie* (three) jassen aan de kapstok gehangen.
4. De supermarkt heeft *tien* (ten) broden over.
5. Ze hebben *vijf* (five) honden in huis.
6. Ik heb *acht* (eight) potloden nodig.
7. Ze maken *zes* (six) pizza’s voor het feest.
8. Hij heeft *zeven* (seven) fietsen in zijn garage.
9. Mijn vader draagt *twee* (two) paar sokken.
10. Deze universiteit heeft *vijftien* (fifteen) faculteiten.
11. Onze leraar heeft *twaalf* (twelve) boeken over geschiedenis.
12. Mijn vriendin heeft *drie* (three) katten.
13. Hij kan *vier* (four) talen spreken.
14. Ik heb *zes* (six) ooms en tantes.
15. We zijn naar *zes* (six) musea vandaag geweest.

Exercise 2: Uncountable Nouns

1. Er is veel *zand* (sand) op het strand.
2. Ze heeft een kopje *koffie* (coffee) gedronken.
3. Hij heeft wat *geld* (money) op zak.
4. Er is te veel *verkeer* (traffic) in het centrum.
5. Ik heb wat *melk* (milk) in mijn thee gedaan.
6. Je moet meer *geduld* (patience) hebben.
7. Het gebouw is van *hout* (wood) gemaakt.
8. Er is geen *olie* (oil) meer in de frituurpan.
9. Zij drinkt graag *water* (water) met citroen.
10. Dit restaurant serveert heerlijke *rijst* (rice).
11. Ik voel geen *pijn* (pain) meer na het nemen van een pijnstiller.
12. Hij heeft een blokje *ijs* (ice) in zijn drankje gedaan.
13. Er is hier veel *groente* (vegetables) te koop.
14. De jongen vond veel *geluk* (happiness) bij zijn familie.
15. De schilder gebruikte verschillende soorten *verf* (paint) voor zijn kunstwerk.
Download talkpal app
Learn anywhere anytime

Talkpal is an AI-powered language tutor. It’s the most efficient way to learn a language. Chat about an unlimited amount of interesting topics either by writing or speaking while receiving messages with realistic voice.

QR Code
App Store Google Play
Get in touch with us

Talkpal is a GPT-powered AI language teacher. Boost your speaking, listening, writing, and pronunciation skills – Learn 5x Faster!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Languages

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot