Het leren van een nieuwe taal kan een uitdagende maar ook verrijkende ervaring zijn. Voor velen kan het bereiken van het B2-niveau in het Bosnisch een belangrijke mijlpaal zijn, omdat dit niveau aantoont dat je de taal in veel verschillende situaties kunt gebruiken, zowel schriftelijk als mondeling. Om je te helpen bij deze reis, hebben we een lijst samengesteld van 50 essentiële woorden die je moet kennen voor het Bosnisch op B2-niveau. Deze woorden zijn gekozen op basis van hun frequentie en bruikbaarheid in alledaagse gesprekken en teksten.

1. Vrijeme (Tijd)

Vrijeme is een fundamenteel woord dat in veel contexten wordt gebruikt. Het kan verwijzen naar het weer of naar de tijd in het algemeen. Bijvoorbeeld:
– Kakvo je vrijeme danas? (Hoe is het weer vandaag?)
– Koliko je vrijeme? (Hoe laat is het?)

2. Ljubav (Liefde)

Ljubav is een woord dat je vaak tegenkomt in literatuur, muziek en dagelijkse gesprekken. Bijvoorbeeld:
– Osjećam ljubav prema tebi. (Ik voel liefde voor jou.)

3. Porodica (Familie)

Porodica is een belangrijk woord in de Bosnische cultuur. Bijvoorbeeld:
– Moja porodica dolazi iz Sarajeva. (Mijn familie komt uit Sarajevo.)

4. Prijatelj (Vriend)

Dit woord is essentieel voor het beschrijven van je sociale relaties. Bijvoorbeeld:
– On je moj najbolji prijatelj. (Hij is mijn beste vriend.)

5. Posao (Werk)

Posao is een vaak gebruikt woord in professionele contexten. Bijvoorbeeld:
– Imam puno posla danas. (Ik heb veel werk vandaag.)

6. Škola (School)

Škola is een basiswoord dat belangrijk is voor iedereen die leert of werkt in het onderwijs. Bijvoorbeeld:
– Moja djeca idu u školu. (Mijn kinderen gaan naar school.)

7. Zdravlje (Gezondheid)

Zdravlje is een woord dat je vaak hoort in gesprekken over welzijn. Bijvoorbeeld:
– Važno je brinuti se za svoje zdravlje. (Het is belangrijk om voor je gezondheid te zorgen.)

8. Novac (Geld)

Novac is een essentieel woord voor alledaagse transacties en financiële gesprekken. Bijvoorbeeld:
– Koliko novca imaš? (Hoeveel geld heb je?)

9. Putovanje (Reizen)

Putovanje is een veelvoorkomend woord in gesprekken over vakantie en transport. Bijvoorbeeld:
– Volim putovati. (Ik hou van reizen.)

10. Grad (Stad)

Grad is een basiswoord voor het beschrijven van plaatsen. Bijvoorbeeld:
– Sarajevo je lijep grad. (Sarajevo is een mooie stad.)

11. Hrana (Voedsel)

Hrana is een essentieel woord voor iedereen die geïnteresseerd is in koken of eten. Bijvoorbeeld:
– Volim bosansku hranu. (Ik hou van Bosnisch eten.)

12. Piće (Drank)

Piće is belangrijk voor het bestellen van drankjes en het beschrijven van wat je drinkt. Bijvoorbeeld:
– Koje piće preferiraš? (Welke drank verkies je?)

13. Ljudi (Mensen)

Ljudi is een fundamenteel woord in gesprekken over de samenleving en sociale interacties. Bijvoorbeeld:
– Upoznala sam mnogo ljudi. (Ik heb veel mensen ontmoet.)

14. Kuća (Huis)

Kuća is een basiswoord voor het beschrijven van woonplaatsen. Bijvoorbeeld:
– Moja kuća je velika. (Mijn huis is groot.)

15. Stan (Appartement)

Stan is een ander belangrijk woord voor het beschrijven van woonruimtes. Bijvoorbeeld:
– Živim u stanu. (Ik woon in een appartement.)

16. Auto (Auto)

Auto is een essentieel woord voor transport en reizen. Bijvoorbeeld:
– Moj auto je crven. (Mijn auto is rood.)

17. Voz (Trein)

Voz is belangrijk voor het beschrijven van openbaar vervoer. Bijvoorbeeld:
– Idemo vozom do Beograda. (We gaan met de trein naar Belgrado.)

18. Avion (Vliegtuig)

Avion is een basiswoord voor langeafstandstransport. Bijvoorbeeld:
– Letim avionom sutra. (Ik vlieg morgen.)

19. Voda (Water)

Voda is een essentieel woord voor alledaagse gesprekken over drinken en koken. Bijvoorbeeld:
– Pijem puno vode svaki dan. (Ik drink veel water elke dag.)

20. Kafa (Koffie)

Kafa is een veelvoorkomend woord in gesprekken over drankjes en sociale bijeenkomsten. Bijvoorbeeld:
– Hoćeš li kafu? (Wil je koffie?)

21. Čaj (Thee)

Čaj is een ander belangrijk woord voor warme dranken. Bijvoorbeeld:
– Volim piti čaj ujutro. (Ik hou van thee drinken in de ochtend.)

22. Knjiga (Boek)

Knjiga is een fundamenteel woord voor iedereen die van lezen houdt. Bijvoorbeeld:
– Čitam zanimljivu knjigu. (Ik lees een interessant boek.)

23. Muzika (Muziek)

Muzika is belangrijk voor iedereen die van kunst en entertainment houdt. Bijvoorbeeld:
– Slušam muziku svaki dan. (Ik luister elke dag naar muziek.)

24. Film (Film)

Film is een basiswoord voor gesprekken over entertainment. Bijvoorbeeld:
– Gledam dobar film. (Ik kijk naar een goede film.)

25. Televizija (Televisie)

Televizija is een essentieel woord voor moderne media en nieuws. Bijvoorbeeld:
– Gledam televiziju navečer. (Ik kijk ’s avonds televisie.)

26. Internet (Internet)

Internet is een onmisbaar woord in de moderne wereld. Bijvoorbeeld:
– Proveo sam cijeli dan na internetu. (Ik heb de hele dag op internet doorgebracht.)

27. Računar (Computer)

Računar is belangrijk voor technologie en werk. Bijvoorbeeld:
– Moj računar je nov. (Mijn computer is nieuw.)

28. Telefon (Telefoon)

Telefon is een fundamenteel woord voor communicatie. Bijvoorbeeld:
– Gdje je moj telefon? (Waar is mijn telefoon?)

29. Ljubimac (Huisdier)

Ljubimac is belangrijk voor iedereen met huisdieren. Bijvoorbeeld:
– Moj ljubimac je pas. (Mijn huisdier is een hond.)

30. Pas (Hond)

Pas is een veelvoorkomend woord voor huisdieren. Bijvoorbeeld:
– Imam velikog psa. (Ik heb een grote hond.)

31. Mačka (Kat)

Mačka is een ander belangrijk woord voor huisdieren. Bijvoorbeeld:
– Moja mačka je crna. (Mijn kat is zwart.)

32. Cvijet (Bloem)

Cvijet is een fundamenteel woord in de natuur. Bijvoorbeeld:
– Poklanjam ti cvijet. (Ik geef je een bloem.)

33. Drvo (Boom)

Drvo is een basiswoord in de natuur en tuinieren. Bijvoorbeeld:
– U našem dvorištu imamo veliko drvo. (We hebben een grote boom in onze tuin.)

34. Rijeka (Rivier)

Rijeka is belangrijk voor geografische beschrijvingen. Bijvoorbeeld:
– Rijeka Miljacka teče kroz Sarajevo. (De rivier Miljacka stroomt door Sarajevo.)

35. Planina (Berg)

Planina is een fundamenteel woord voor geografische en recreatieve beschrijvingen. Bijvoorbeeld:
– Volim planinarenje u planinama. (Ik hou van wandelen in de bergen.)

36. More (Zee)

More is een essentieel woord voor vakanties en geografische beschrijvingen. Bijvoorbeeld:
– Ljetujem na moru. (Ik breng mijn zomer door aan zee.)

37. Jezero (Meer)

Jezero is belangrijk voor geografische en recreatieve beschrijvingen. Bijvoorbeeld:
– Plivamo u jezeru. (We zwemmen in het meer.)

38. Sunce (Zon)

Sunce is een fundamenteel woord in gesprekken over het weer en de natuur. Bijvoorbeeld:
– Sunce sija. (De zon schijnt.)

39. Kiša (Regen)

Kiša is essentieel voor het beschrijven van het weer. Bijvoorbeeld:
– Pada kiša. (Het regent.)

40. Snijeg (Sneeuw)

Snijeg is belangrijk in gesprekken over het weer en seizoenen. Bijvoorbeeld:
– Volim snijeg. (Ik hou van sneeuw.)

41. Vjetar (Wind)

Vjetar is een fundamenteel woord in weersomstandigheden. Bijvoorbeeld:
– Danas je jak vjetar. (Vandaag is er een sterke wind.)

42. Ljeto (Zomer)

Ljeto is essentieel voor seizoensgebonden gesprekken. Bijvoorbeeld:
– Volim ljeto. (Ik hou van de zomer.)

43. Zima (Winter)

Zima is een fundamenteel woord voor seizoensgebonden gesprekken. Bijvoorbeeld:
– Zima je hladna. (De winter is koud.)

44. Proljeće (Lente)

Proljeće is belangrijk voor seizoensgebonden beschrijvingen. Bijvoorbeeld:
– Volim proljeće zbog cvijeća. (Ik hou van de lente vanwege de bloemen.)

45. Jesen (Herfst)

Jesen is een fundamenteel woord voor seizoensgebonden gesprekken. Bijvoorbeeld:
– Jesen je prelijepa. (De herfst is prachtig.)

46. Dan (Dag)

Dan is essentieel voor het beschrijven van tijd. Bijvoorbeeld:
– Kakav je tvoj dan? (Hoe is je dag?)

47. Noć (Nacht)

Noć is een basiswoord voor het beschrijven van tijd. Bijvoorbeeld:
– Laku noć. (Goede nacht.)

48. Jutro (Ochtend)

Jutro is belangrijk voor het beschrijven van tijd. Bijvoorbeeld:
– Dobro jutro. (Goede ochtend.)

49. Veče (Avond)

Veče is een fundamenteel woord voor het beschrijven van tijd. Bijvoorbeeld:
– Dobro veče. (Goede avond.)

50. Sedmica (Week)

Sedmica is essentieel voor het beschrijven van tijdsperioden. Bijvoorbeeld:
– Ovo je bila duga sedmica. (Dit was een lange week.)

Door deze 50 essentiële woorden te leren en te oefenen, zul je merken dat je je begrip en gebruik van het Bosnisch aanzienlijk verbetert. Deze woorden vormen de basis voor veel voorkomende gesprekken en situaties, en ze zullen je helpen om zelfverzekerder en vloeiender te communiceren op het B2-niveau. Veel succes met je taalstudie!