De voornaamwoordelijke werkwoorden zijn een unieke eigenschap van de Franse grammatica die aanvankelijk moeilijk te begrijpen is voor leerlingen. Deze werkwoorden gaan vergezeld van een wederkerend voornaamwoord, dat terugverwijst naar het onderwerp van de zin. Ze kunnen worden gebruikt om reflexieve handelingen uit te drukken (bv. se laver – zich wassen), wederzijdse handelingen (bv. se parler – met elkaar praten), of idiomatische uitdrukkingen (bv. se souvenir de – zich herinneren). In deze reeks oefeningen oefenen we het gebruik van voornaamwoordelijke werkwoorden in verschillende contexten, zodat u er meer vertrouwen in krijgt. Let goed op de vervoeging van werkwoorden en de overeenkomst, en op de plaatsing van het wederkerend voornaamwoord.