Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Voorzetsels met werkwoorden en bijvoeglijke naamwoorden: oefeningen voor Hebreeuwse grammatica

In deze oefeningen leer je hoe je voorzetsels correct gebruikt in combinatie met werkwoorden en bijvoeglijke naamwoorden in het Hebreeuws. Het is belangrijk om te weten welk voorzetsel bij welk woord hoort, omdat dit de betekenis van de zin kan veranderen. Let goed op de hints om het juiste voorzetsel te kiezen.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Voorzetsels met werkwoorden: oefenen met de juiste combinatie

1. Hij *denkt aan* zijn familie. (Hint: “aan” gebruik je bij gedachten gericht op iets of iemand)
2. Zij *wacht op* de bus. (Hint: “op” gebruik je bij wachten gericht op iets specifieks)
3. Wij *vertrouwen op* onze vrienden. (Hint: “op” geeft vertrouwen gericht op iets of iemand aan)
4. Jij *hoopt op* goed nieuws. (Hint: “op” wordt gebruikt bij hopen dat iets gebeurt)
5. De student *luistert naar* de leraar. (Hint: “naar” gebruik je bij luisteren gericht op iets of iemand)
6. Ik *vraag om* hulp. (Hint: “om” gebruik je bij verzoeken of vragen)
7. Zij *denkt over* het probleem na. (Hint: “over” gebruik je bij nadenken over een onderwerp)
8. Wij *spreken over* het weer. (Hint: “over” wordt gebruikt bij praten over een onderwerp)
9. Jij *zegt tegen* je vriend de waarheid. (Hint: “tegen” gebruik je bij spreken gericht op iemand)
10. Hij *bestaat uit* drie delen. (Hint: “uit” wordt gebruikt om delen van een geheel aan te geven)

Voorzetsels met bijvoeglijke naamwoorden: correcte koppeling oefenen

1. Zij is *bang voor* spinnen. (Hint: “voor” gebruik je bij angst voor iets)
2. Hij is *trots op* zijn prestaties. (Hint: “op” gebruik je bij trots zijn op iets of iemand)
3. Wij zijn *blij met* het cadeau. (Hint: “met” wordt gebruikt bij tevredenheid over iets)
4. Jij bent *interessant voor* de docenten. (Hint: “voor” gebruik je bij relevantie voor iets of iemand)
5. De kinderen zijn *verliefd op* hun juf. (Hint: “op” gebruik je bij verliefd zijn op iemand)
6. Ik ben *verantwoordelijk voor* het project. (Hint: “voor” geeft verantwoordelijkheid aan)
7. Zij is *geschikt voor* deze baan. (Hint: “voor” gebruik je bij geschiktheid voor iets)
8. Wij zijn *tevreden met* het resultaat. (Hint: “met” bij tevredenheid over iets)
9. Hij is *bang om* te falen. (Hint: “om” gebruik je bij angst om iets te doen)
10. Jij bent *blij dat* je geslaagd bent. (Hint: “dat” wordt gebruikt bij blij zijn met een gebeurtenis)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot