Oefening 1: Verkleinwoorden in het Catalaans
2. La casa petita és una *caseta* (Hint: Voeg het verkleinwoord achtervoegsel ‘-eta’ toe aan ‘casa’ voor een klein huisje).
3. El gat petit és un *gatet* (Hint: Gebruik ‘-et’ als verkleinwoord achtervoegsel bij ‘gat’).
4. Aquest llibre és un *llibrete* (Hint: Gebruik het verkleinwoord achtervoegsel ‘-ete’ bij ‘llibre’ om een klein boek aan te geven).
5. La flor petita és una *floreta* (Hint: Voeg ‘-eta’ toe aan ‘flor’ voor een klein bloemetje).
6. El cotxe petit és un *cotxet* (Hint: Voeg ‘-et’ toe aan ‘cotxe’ voor een klein autootje).
7. La taula petita és una *taulaeta* (Hint: Gebruik ‘-eta’ achtervoegsel bij ’taula’ om een klein tafeltje te maken).
8. El nen petit és un *nenet* (Hint: Voeg ‘-et’ toe aan ‘nen’ voor een klein jongetje).
9. La porta petita és una *portaeta* (Hint: Gebruik ‘-eta’ achtervoegsel bij ‘porta’ voor een klein deurtje).
10. El peix petit és un *peixet* (Hint: Voeg ‘-et’ toe aan ‘peix’ voor een klein visje).
Oefening 2: Augmentatieven in het Catalaans
2. La casa gran és una *casassa* (Hint: Voeg ‘-assa’ toe aan ‘casa’ om een groot huis te benoemen).
3. El gat gran és un *gatàs* (Hint: Gebruik ‘-às’ als augmentatief achtervoegsel bij ‘gat’).
4. Aquell llibre és un *llibràs* (Hint: Voeg ‘-às’ toe aan ‘llibre’ om een dik of groot boek aan te geven).
5. La flor gran és una *florassa* (Hint: Voeg ‘-assa’ toe aan ‘flor’ voor een grote bloem).
6. El cotxe gran és un *cotxàs* (Hint: Voeg ‘-às’ toe aan ‘cotxe’ voor een grote auto).
7. La taula gran és una *taulassa* (Hint: Gebruik ‘-assa’ achtervoegsel bij ’taula’ om een grote tafel te maken).
8. El nen gran és un *nenàs* (Hint: Voeg ‘-às’ toe aan ‘nen’ voor een groot kind).
9. La porta gran és una *portassa* (Hint: Gebruik ‘-assa’ achtervoegsel bij ‘porta’ voor een grote deur).
10. El peix gran és un *peixàs* (Hint: Voeg ‘-às’ toe aan ‘peix’ voor een grote vis).