Oefening 1: Enkelvoudige zelfstandige naamwoorden in het Armeens
2. Mijn *մայրը* kookt vandaag. (Hint: enkelvoud, moeder)
3. De *տունը* is groot. (Hint: enkelvoud, huis)
4. Het *աղջիկը* speelt buiten. (Hint: enkelvoud, meisje)
5. Ik zie de *աղջիկը* in het park. (Hint: enkelvoud, meisje)
6. Het *առաջին* woord is makkelijk. (Hint: enkelvoud, eerste)
7. De *բարեկամը* helpt mij. (Hint: enkelvoud, vriend)
8. Het *օրագիրը* ligt op het bureau. (Hint: enkelvoud, dagboek)
9. De *ծաղիկը* ruikt lekker. (Hint: enkelvoud, bloem)
10. Zijn *եղբայրը* woont hier. (Hint: enkelvoud, broer)
Oefening 2: Meervoudsvormen van zelfstandige naamwoorden in het Armeens
2. Mijn *մայրերն* zijn vriendelijk. (Hint: meervoud, moeders)
3. De *տներն* zijn groot. (Hint: meervoud, huizen)
4. De *աղջիկներն* spelen buiten. (Hint: meervoud, meisjes)
5. Ik zie de *աղջիկներն* in het park. (Hint: meervoud, meisjes)
6. De *բարեկամներն* komen op bezoek. (Hint: meervoud, vrienden)
7. De *օրագրերը* liggen op het bureau. (Hint: meervoud, dagboeken)
8. De *ծաղիկները* ruiken lekker. (Hint: meervoud, bloemen)
9. Zijn *եղբայրները* wonen hier. (Hint: meervoud, broers)
10. De *բիլետները* zijn duur. (Hint: meervoud, kaartjes)