Oefening 1: Kies het juiste onbepaalde lidwoord (hints over geslacht en klank)
2. Zij heeft *miayin* appel gegeten. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord dat begint met een medeklinker.)
3. Hij koopt *miayin* boek in de winkel. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
4. Wij drinken *miayin* glas water. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een onzijdig zelfstandig naamwoord.)
5. Jij leest *miayin* krant elke ochtend. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)
6. Er is *miayin* vogel op de boom. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
7. Ik heb *miayin* idee voor het project. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een onzijdig zelfstandig naamwoord.)
8. Zij koopt *miayin* jurk voor het feest. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)
9. Wij zien *miayin* ster aan de hemel. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
10. Jij hebt *miayin* pen nodig om te schrijven. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een onzijdig zelfstandig naamwoord.)
Oefening 2: Vul het juiste onbepaalde lidwoord in bij het zelfstandig naamwoord
2. Ik zie *miayin* auto op straat. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
3. Wij eten *miayin* brood bij het ontbijt. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een onzijdig zelfstandig naamwoord.)
4. Hij leest *miayin* brief van zijn vriend. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
5. Jij draagt *miayin* jas vandaag. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord passend bij een vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)
6. Er staat *miayin* boom in de tuin. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
7. Zij heeft *miayin* idee voor de presentatie. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een onzijdig zelfstandig naamwoord.)
8. Wij zien *miayin* kat op het dak. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)
9. Ik koop *miayin* cadeau voor mijn vriend. (Hint: Gebruik het onbepaalde lidwoord voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
10. Jij drinkt *miayin* koffie in de ochtend. (Hint: Onbepaald lidwoord voor een onzijdig zelfstandig naamwoord.)