Oefening 1: Gebruik van de gebiedende wijs in eenvoudige zinnen
2. *Píš* list kamarátovi. (Hint: gebiedende wijs van „písať” – schrijven.)
3. *Počúvaj* ma pozorne. (Hint: gebiedende wijs van „počúvať” – luisteren.)
4. *Čítaj* tú knihu. (Hint: gebiedende wijs van „čítať” – lezen.)
5. *Rob* domáce úlohy teraz. (Hint: gebiedende wijs van „robiť” – doen.)
6. *Jedz* zeleninu každý deň. (Hint: gebiedende wijs van „jesť” – eten.)
7. *Pite* vodu, je zdravá. (Hint: gebiedende wijs van „piť” – drinken, meervoud.)
8. *Poď* sem, prosím. (Hint: gebiedende wijs van „prísť” – komen.)
9. *Daj* mi pero. (Hint: gebiedende wijs van „dať” – geven.)
10. *Spievaj* s nami. (Hint: gebiedende wijs van „spievať” – zingen.)
Oefening 2: Gebiedende wijs met negatieve vorm en beleefde verzoeken
2. *Nepíš* na stenu. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „písať” – niet schrijven.)
3. *Nepočúvaj* ich. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „počúvať” – niet luisteren.)
4. *Nečítaj* tú správu teraz. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „čítať” – niet lezen.)
5. *Nerob* to! (Hint: negatieve gebiedende wijs van „robiť” – niet doen.)
6. *Nejedz* veľa sladkostí. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „jesť” – niet eten.)
7. *Nepite* kávu po večeri. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „piť” – niet drinken, meervoud.)
8. *Nepočúvajte* hudbu nahlas. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „počúvať” – niet luisteren, meervoud.)
9. *Nedaj* mi ten papier. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „dať” – niet geven.)
10. *Nezaspievaj* teraz. (Hint: negatieve gebiedende wijs van „spievať” – niet zingen.)