Oefening 1: Tegenwoordige tijd werkwoorden in Perzisch – basisvorm
2. Jij *مینویسی* een brief. (Hint: werkwoord “schrijven”, tweede persoon enkelvoud)
3. Hij *میخورد* een appel. (Hint: werkwoord “eten”, derde persoon enkelvoud)
4. Wij *میخوانیم* een boek. (Hint: werkwoord “lezen”, eerste persoon meervoud)
5. Jullie *میشنوید* muziek. (Hint: werkwoord “luisteren”, tweede persoon meervoud)
6. Zij (meervoud) *میروند* naar het park. (Hint: werkwoord “gaan”, derde persoon meervoud)
7. Ik *مینوشم* water. (Hint: werkwoord “drinken”, eerste persoon enkelvoud)
8. Jij *میبینی* de film. (Hint: werkwoord “zien”, tweede persoon enkelvoud)
9. Hij *مینویسد* een gedicht. (Hint: werkwoord “schrijven”, derde persoon enkelvoud)
10. Wij *میخوابیم* vroeg. (Hint: werkwoord “slapen”, eerste persoon meervoud)
Oefening 2: Tegenwoordige tijd met persoonsvormen in Perzisch
2. Zij (enkelvoud) *میآید* naar het feest. (Hint: werkwoord “komen”, derde persoon enkelvoud)
3. Wij *مینویسیم* een e-mail. (Hint: werkwoord “schrijven”, eerste persoon meervoud)
4. Jullie *میخوانید* de krant. (Hint: werkwoord “lezen”, tweede persoon meervoud)
5. Hij *مینوشد* thee. (Hint: werkwoord “drinken”, derde persoon enkelvoud)
6. Ik *میخوابم* laat. (Hint: werkwoord “slapen”, eerste persoon enkelvoud)
7. Zij (meervoud) *میخندند* om de grap. (Hint: werkwoord “lachen”, derde persoon meervoud)
8. Jij *میبینی* de vogels. (Hint: werkwoord “zien”, tweede persoon enkelvoud)
9. Wij *میشنویم* het nieuws. (Hint: werkwoord “horen/luisteren”, eerste persoon meervoud)
10. Hij *مینویسد* een verhaal. (Hint: werkwoord “schrijven”, derde persoon enkelvoud)