Duitse woordenschat voor buitenactiviteiten

Als fervent taalliefhebber en docent met jarenlange ervaring, weet ik hoe belangrijk het is om een nieuwe taal te leren door middel van activiteiten en interesses die je leuk vindt. Als je graag tijd buiten doorbrengt, biedt het leren van Duitse woordenschat met betrekking tot buitenactiviteiten niet alleen een leuke uitdaging, maar ook een praktische manier om je taalvaardigheid te verbeteren. In dit artikel nemen we een duik in de Duitse woordenschat die je nodig hebt voor verschillende buitenactiviteiten.

Wandern – Wandelen
Wandelen in de natuur of in de bergen.

Ich gehe am Wochenende in den Bergen wandern.

Fahrradfahren – Fietsen
Het actief zijn op een fiets, zowel recreatief als sportief.

Viele Leute fahren im Sommer Fahrrad, um fit zu bleiben.

Zelten – Kamperen
Overnachten in een tent in de buitenlucht.

Wir werden dieses Wochenende im Nationalpark zelten.

Angeln – Vissen
Het vangen van vissen als hobby of sport.

Mein Onkel geht oft an den See angeln.

Klettern – Klimmen
Het beklimmen van rotsen of muren met speciale uitrusting voor de sport.

Klettern ist ein guter Sport, um deine Kraft und Flexibilität zu verbessern.

Schwimmen – Zwemmen
Zich voortbewegen in water door het maken van bewegingen met het lichaam.

Im Sommer gehe ich fast jeden Tag schwimmen.

Kanufahren – Kanoën
Het varen in een kano, vaak als recreatieve activiteit in rivieren of meren.

Kanufahren auf dem Fluss kann sehr entspannend sein.

Reiten – Paardrijden
Het berijden van een paard, wat zowel als sport als ter ontspanning kan worden gedaan.

Viele Kinder träumen davon, reiten zu lernen.

Skifahren – Skiën
Het afdalen van sneeuwbedekte hellingen op ski’s, meestal in een skigebied.

Skifahren im Winter macht riesigen Spaß, aber man muss sich warm anziehen.

Segeln – Zeilen
Het varen met een boot die voorzien is van zeilen, aangedreven door de wind.

Möchtest du am Wochenende mit uns segeln gehen?

Surfen – Surfen
Golfsurfen op zee of windsurfen op een meer.

Sie lernt im Urlaub, auf den Wellen zu surfen.

Grillen – Barbecueën
Het bereiden van voedsel op een grill buiten, vaak als sociale activiteit.

Am Samstagabend werden wir im Garten grillen.

Geocaching – Geocaching
Een buitenspeurtocht waarbij je door middel van GPS coördinaten naar een verborgen ‘schat’ zoekt.

Geocaching ist wie eine moderne Schatzsuche.

Joggen – Hardlopen
Een vorm van lopen op een gematigd tempo als oefening.

Ich gehe dreimal pro Woche joggen, um fit zu bleiben.

Drachensteigen – Vliegeren
Het laten vliegen van een vlieger in de lucht, veelal bij wind.

Kinder lieben es, im Herbst Drachen steigen zu lassen.

Picknicken – Picknicken
Een maaltijd in de open lucht, meestal zittend op een kleedje op de grond.

Wir haben einen Korb voll Essen mitgebracht, um im Park zu picknicken.

Beobachten – Observeren
Het aandachtig kijken naar of bestuderen van iets, zoals natuur of dieren.

Im Wald kann man viele verschiedene Vogelarten beobachten.

Het beheersen van deze vocabulaire zal de ervaring van buitenactiviteiten versterken en je helpen volledig te communiceren met native speakers over jouw avonturen in de Duitse taal. Probeer deze woorden en zinnen in je volgende conversatie te gebruiken of schrijf over jouw ervaringen om je taalvaardigheden te verfijnen. Ga naar buiten, geniet van de natuur en leer tegelijkertijd Duits!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller