1. یہ کتاب *علی* کی ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voorzetsel voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord)
2. یہ گھر *میرے* بھائی کا ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voorzetsel voor een mannelijk zelfstandig naamwoord)
3. یہ گاڑی *دوست* کی ہے۔ (Gebruik de juiste genitiefvorm voor enkelvoud vrouwelijk)
4. یہ قلم *وہ* کا ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voorzetsel voor een mannelijk zelfstandig naamwoord)
5. یہ کپڑے *بچے* کے ہیں۔ (Gebruik de genitief voor meervoud mannelijk)
6. یہ میز *اساتذہ* کی ہے۔ (Gebruik de genitief voor meervoud vrouwelijk)
7. یہ فون *میری* ماں کا ہے۔ (Gebruik de juiste vorm voor vrouwelijk bezit)
8. یہ باغ *ہمارے* والد کا ہے۔ (Gebruik de genitief voor mannelijk enkelvoud)
9. یہ تصویر *دوستوں* کی ہے۔ (Gebruik de genitief voor meervoud vrouwelijk)
10. یہ جوتے *اس* لڑکے کے ہیں۔ (Gebruik de genitief voor mannelijk meervoud)

1. یہ کتاب *میری* ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor vrouwelijk enkelvoud)
2. وہ گھر *تیرا* ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor mannelijk enkelvoud)
3. یہ رنگ *اس* کا ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor mannelijk enkelvoud)
4. یہ گاڑی *ہماری* ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor vrouwelijk enkelvoud)
5. یہ کمرہ *ان* کا ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor mannelijk enkelvoud)
6. یہ کتابیں *تمہارے* ہیں۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor mannelijk meervoud)
7. یہ پھول *ان* کی ہیں۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor vrouwelijk meervoud)
8. یہ کپڑے *ہمارے* ہیں۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor mannelijk meervoud)
9. یہ میز *میری* ہے۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor vrouwelijk enkelvoud)
10. یہ جوتے *اس* کے ہیں۔ (Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor mannelijk meervoud)