1. By next year, she *will have been studying* Turkish for five years. (Gebruik voor een handeling die in de toekomst al een tijd bezig zal zijn)
2. At 8 PM, they *will have been working* on the project for three hours. (Duur van een actie tot een bepaald toekomstig moment)
3. Tomorrow, I *will have been living* here for a decade. (Handeling die in de toekomst een bepaalde periode duurt)
4. By summer, we *will have been traveling* around Europe for two months. (Focus op duur van een toekomstige actie)
5. He *will have been playing* football for two hours by the time you arrive. (Tijdstip in de toekomst dat een actie al bezig is)
6. By then, she *will have been teaching* at the school for 20 years. (Langdurige actie in de toekomst)
7. At midnight, they *will have been driving* for 6 hours straight. (Duur van een toekomstig gebeuren)
8. We *will have been waiting* for the bus for half an hour at 9 AM. (Toekomstige tijdsduur van wachten)
9. I *will have been working* on this assignment all day by the evening. (Handeling die lang duurt in de toekomst)
10. By next Friday, they *will have been building* the house for six months. (Duur van bouwen in de toekomst)

1. She *will have been practicing* piano for three hours by the time we arrive. (Gebruik deze vorm om duur van activiteit aan te geven)
2. By the time you call, I *will have been cooking* dinner for an hour. (Geef aan hoe lang de handeling al bezig is in de toekomst)
3. They *will have been studying* all night when the exam starts. (Toont een actie die voortduurt tot een toekomstig moment)
4. We *will have been waiting* for you for 20 minutes by the time you get here. (Duur van wachten in de toekomst)
5. He *will have been working* at the company for ten years next month. (Langdurige toekomstactie)
6. At 7 o’clock, she *will have been jogging* for half an hour. (Handeling die al een tijd bezig is in de toekomst)
7. By the end of this year, I *will have been learning* English for five years. (Duur van leren in de toekomst)
8. They *will have been traveling* for 24 hours straight by the time they land. (Toekomstige duur van reizen)
9. By tomorrow morning, we *will have been cleaning* the house all day. (Toekomstige tijdsduur van schoonmaken)
10. He *will have been reading* that book for weeks when he finally finishes it. (Duur van lezen in de toekomst)