Oefening 1: Vragende lidwoorden in de nominatief
2. *Aká* je tvoja obľúbená farba? (Hint: vrouwelijk enkelvoud, nominatief)
3. *Aké* je tvoje obľúbené jedlo? (Hint: onzijdig enkelvoud, nominatief)
4. *Akí* sú tvoji priatelia? (Hint: mannelijk meervoud, nominatief)
5. *Aké* sú tvoje záujmy? (Hint: onzijdig meervoud, nominatief)
6. *Aká* je tá kniha? (Hint: vrouwelijk enkelvoud, nominatief)
7. *Aký* je ten muž? (Hint: mannelijk enkelvoud, nominatief)
8. *Aké* je počasie dnes? (Hint: onzijdig enkelvoud, nominatief)
9. *Akí* sú tvoji susedia? (Hint: mannelijk meervoud, nominatief)
10. *Aká* je tvoja škola? (Hint: vrouwelijk enkelvoud, nominatief)
Oefening 2: Vragende lidwoorden in de accusatief
2. Máš *akú* knihu? (Hint: vrouwelijk enkelvoud, accusatief)
3. Kúpili sme *aké* jablká? (Hint: onzijdig meervoud, accusatief)
4. Hľadáš *akých* priateľov? (Hint: mannelijk meervoud, accusatief, levend wezen)
5. Potrebuješ *akú* tašku? (Hint: vrouwelijk enkelvoud, accusatief)
6. Vidím *aké* stromy? (Hint: onzijdig meervoud, accusatief)
7. Pozeráš *akého* psa? (Hint: mannelijk enkelvoud, accusatief, levend wezen)
8. Čítaš *akú* novinu? (Hint: vrouwelijk enkelvoud, accusatief)
9. Máš rád *akých* učiteľov? (Hint: mannelijk meervoud, accusatief, levend wezen)
10. Videli sme *aké* domy? (Hint: onzijdig meervoud, accusatief)