1. तो रोज शाळेत *जाणारा* आहे (gebruik het hulpwerkwoord voor voortdurende actie in tegenwoordige tijd).
2. आम्ही पुस्तकं *वाचत* आहोत (gebruik het hulpwerkwoord voor de duurvorm van lezen).
3. तुम्ही चहा *पीता* का? (gebruik het hulpwerkwoord voor een vraag in tegenwoordige tijd).
4. ती माझ्या बरोबर *शिकत* आहे (gebruik het hulpwerkwoord voor een actie die nu plaatsvindt).
5. आम्ही उद्या चित्रपट *पाहणार* आहोत (gebruik het hulpwerkwoord voor toekomstige actie).
6. तो मला मदत *करत* आहे (gebruik het hulpwerkwoord voor hulp bij een actie in het heden).
7. तुम्ही ते काम *पूर्ण* करत आहात का? (gebruik het hulpwerkwoord om een actie te voltooien in tegenwoordige tijd).
8. मी कधीही तुम्हाला सोडणार *नाही* (gebruik het hulpwerkwoord voor ontkenning in de toekomst).
9. मुलं बागेत *खेळत* आहेत (gebruik het hulpwerkwoord voor een voortdurende activiteit).
10. ती नेहमी वेळेवर *येते* (gebruik het hulpwerkwoord voor gewoonte in tegenwoordige tijd).

1. तो काल शाळेत *गेला* (gebruik het hulpwerkwoord voor voltooid verleden tijd).
2. आम्ही परत घर *लोळलो* होतो (gebruik het hulpwerkwoord voor verleden tijd in combinatie met hulp).
3. ती माझ्यासोबत बाजारात *गेली* (gebruik het hulpwerkwoord voor vrouwelijk onderwerp in verleden tijd).
4. तुम्ही काल पार्टीत *हाताळले* का? (gebruik het hulpwerkwoord voor vraag in verleden tijd).
5. मी सकाळी उठून नाश्ता *खाल्ला* (gebruik het hulpwerkwoord voor voltooid verleden tijd).
6. मुलं शाळेत चांगले *शिकलो* (gebruik het hulpwerkwoord voor leren in verleden tijd).
7. तो माझ्यासाठी पुस्तक *आनले* (gebruik het hulpwerkwoord voor een voltooide actie in verleden tijd).
8. आम्ही काल चित्रपट *पाहिला* (gebruik het hulpwerkwoord voor verleden tijd, mannelijk onderwerp).
9. ती खूप आनंदी *झाली* (gebruik het hulpwerkwoord voor verandering in verleden tijd, vrouwelijk onderwerp).
10. तुम्ही ते काम वेळेवर *केले* (gebruik het hulpwerkwoord voor voltooiing in verleden tijd).