1. Laiškas *rašomas* dabar. (Hint: Gebruik de tegenwoordige tijd van ‘rašyti’ in passieve vorm)
2. Durys *atidaromos* kiekvieną rytą. (Hint: Gebruik de tegenwoordige tijd van ‘atidaryti’ in passieve vorm)
3. Knyga *verčiama* į lietuvių kalbą. (Hint: Gebruik de tegenwoordige tijd van ‘versti’ in passieve vorm)
4. Visi dokumentai *tikrinami* kruopščiai. (Hint: Tegenwoordige tijd van ’tikrinti’ in passieve vorm)
5. Pienas *parduodamas* parduotuvėje. (Hint: Tegenwoordige tijd van ‘parduoti’ in passieve vorm)
6. Užduotis *atlikama* studentų. (Hint: Tegenwoordige tijd van ‘atlikti’ in passieve vorm)
7. Statybos *vykdomos* mieste. (Hint: Tegenwoordige tijd van ‘vykdyti’ in passieve vorm)
8. Laiškai *siunčiami* kasdien. (Hint: Tegenwoordige tijd van ‘siųsti’ in passieve vorm)
9. Kava *gaminama* kavinėje. (Hint: Tegenwoordige tijd van ‘gaminti’ in passieve vorm)
10. Filmas *žiūrimas* teatre. (Hint: Tegenwoordige tijd van ‘žiūrėti’ in passieve vorm)

1. Laiškas *buvo parašytas* vakar. (Hint: Verleden tijd van ‘rašyti’ in passieve vorm)
2. Durys *buvo atidarytos* ryte. (Hint: Verleden tijd van ‘atidaryti’ in passieve vorm)
3. Knyga *buvo išversta* per savaitę. (Hint: Verleden tijd van ‘versti’ in passieve vorm)
4. Visi dokumentai *buvo patikrinti* kruopščiai. (Hint: Verleden tijd van ’tikrinti’ in passieve vorm)
5. Pienas *buvo parduotas* parduotuvėje. (Hint: Verleden tijd van ‘parduoti’ in passieve vorm)
6. Užduotis *buvo atlikta* laiku. (Hint: Verleden tijd van ‘atlikti’ in passieve vorm)
7. Statybos *buvo vykdomos* praeitais metais. (Hint: Verleden tijd van ‘vykdyti’ in passieve vorm)
8. Laiškai *buvo išsiųsti* vakar. (Hint: Verleden tijd van ‘siųsti’ in passieve vorm)
9. Kava *buvo pagaminta* anksti ryte. (Hint: Verleden tijd van ‘gaminti’ in passieve vorm)
10. Filmas *buvo žiūrėtas* vakar vakare. (Hint: Verleden tijd van ‘žiūrėti’ in passieve vorm)