Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen met superlatieve bijvoeglijke naamwoorden voor Afrikaanse grammatica

In deze oefeningen oefenen we met superlatieve bijvoeglijke naamwoorden in het Afrikaans. Een superlatief geeft aan dat iets het meest of het allerminst is van een groep. Let goed op de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord en plaats het correct in de zin.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Superlatieve bijvoeglijke naamwoorden in zinnen

1. Dit is die *grootste* huis in die dorp. (Gebruik die vorm van “groot” om aan te geven dat iets het grootste is.)
2. Sy is die *mooiste* meisie in die klas. (Gebruik die superlatief van “mooi” om te zeggen dat iemand het mooiste is.)
3. Ons het die *snelste* motor gekoop. (Gebruik die superlatief van “snel” voor het snelste voertuig.)
4. Dit is die *varsste* brood wat ek vandag gesien het. (Gebruik de superlatief van “vars” om het meest verse aan te geven.)
5. Hy het die *oudste* hond in die straat. (Gebruik die superlatief van “oud” om de oudste hond aan te duiden.)
6. Die *hoogste* berg in Afrika is die Kilimanjaro. (Gebruik “hoog” in de superlatief om de hoogste berg aan te geven.)
7. Sy dra die *helderste* klere na die partytjie. (Gebruik de superlatief van “helder” voor de felste kleding.)
8. Dit was die *lekkerste* ete wat ek ooit geëet het. (Gebruik de superlatief van “lekker” om het lekkerste eten te benoemen.)
9. Die *swaarste* sakke kos is hier beskikbaar. (Gebruik de superlatief van “swaar” om de zwaarste zakken aan te duiden.)
10. Dit is die *vinnigste* trein in die land. (Gebruik de superlatief van “vinnig” voor de snelste trein.)

Oefening 2: Kies die korrekte superlatief

1. Dit is die *helderste* ster aan die naghemel. (Gebruik “helder” in superlatief om de felste ster te benoemen.)
2. Sy het die *grootste* glimlag op haar gesig. (Gebruik “groot” om de grootste glimlach te beschrijven.)
3. Die *varsste* vrugte is op die mark. (Gebruik “vars” om de meest verse vruchten aan te duiden.)
4. Dit is die *oudste* boom in die tuin. (Gebruik “oud” om de oudste boom te benoemen.)
5. Hy het die *snelste* skoene in die winkel gekoop. (Gebruik “snel” voor de snelste schoenen.)
6. Die *lekkerste* koek is by die bakker beskikbaar. (Gebruik “lekker” om de lekkerste koek te benoemen.)
7. Dit is die *hoogste* toring in die stad. (Gebruik “hoog” voor de hoogste toren.)
8. Sy het die *vinnigste* reaksie van almal gehad. (Gebruik “vinnig” om de snelste reactie te beschrijven.)
9. Die *swaarste* pakkette word hier afgelewer. (Gebruik “swaar” om de zwaarste pakketten te benoemen.)
10. Dit is die *mooiste* tuin wat ek nog gesien het. (Gebruik “mooi” voor de mooiste tuin.)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot