1. De *книги* liggen op tafel. (Hint: vrouwelijk, eindigt op -а in enkelvoud, meervoudsvorm eindigt op -и)
2. Mijn vrienden hebben veel *машины*. (Hint: vrouwelijk, eindigt op -а, meervoud op -ы of -и afhankelijk van de klank)
3. In het park zijn veel *деревья*. (Hint: onzijdig meervoud op -ья)
4. Op straat zie ik verschillende *дома*. (Hint: onzijdig, eindigt op -о in enkelvoud, meervoud eindigt op -а)
5. De leraren geven ons *уроки*. (Hint: mannelijk, eindigt op medeklinker, meervoud op -и)
6. Er zijn veel *столы* in het lokaal. (Hint: mannelijk, eindigt op medeklinker, meervoud op -ы)
7. De kinderen spelen met *мячами*. (Hint: mannelijk, instrumentalis meervoud op -ами)
8. We hebben nieuwe *окна* in huis. (Hint: onzijdig, eindigt op -о in enkelvoud, meervoud op -а)
9. De *девочки* zingen mooi. (Hint: vrouwelijk, eindigt op -а, meervoud op -и)
10. Op de markt koop ik verse *яблоки*. (Hint: onzijdig, eindigt op -о, meervoud op -и)

1. Mijn broers zijn goede *братья*. (Hint: onregelmatig meervoud, mannelijk)
2. De vrouwen dragen mooie *платья*. (Hint: onzijdig, eindigt op -ие in meervoud)
3. Op het plein staan veel *люди*. (Hint: onregelmatig meervoud van человек)
4. De *студенты* studeren hard. (Hint: mannelijk, eindigt op medeklinker, meervoud op -ы of -и)
5. We hebben nieuwe *квартиры* gekocht. (Hint: vrouwelijk, eindigt op -а, meervoud op -ы of -и)
6. In de tuin groeien mooie *цветы*. (Hint: mannelijk, meervoud op -ы)
7. De *друзья* helpen elkaar altijd. (Hint: onregelmatig meervoud van друг)
8. Er zijn veel *горы* in Rusland. (Hint: vrouwelijk, eindigt op -а, meervoud op -ы)
9. Mijn zussen lezen interessante *газеты*. (Hint: vrouwelijk, eindigt op -а, meervoud op -ы)
10. De *птицы* vliegen hoog in de lucht. (Hint: vrouwelijk, eindigt op -а, meervoud op -ы)