Ga naar de inhoud
Aan de slag
Homepagina
Leren
Grammatica
Aanmelden
Login
Nederlands
English
Español
Français
Italiano
Deutsch
Svenska
Suomalainen
عربي
中文 (简体)
हिंदी
日本語
한국인
Português
Українська
Menu
Homepagina
Leren
Grammatica
Aanmelden
Login
Nederlands
English
Español
Français
Italiano
Deutsch
Svenska
Suomalainen
عربي
中文 (简体)
हिंदी
日本語
한국인
Português
Українська
Welke taal wil je leren?
Engels
Spaans
Frans
Italiaans
Duits
+52 meer
Welke taal wil je leren?
Engels
Spaans
Frans
Duits
Italiaans
+52 meer
Vocabulary Language: Hebreeuws
גבר (Gever) vs. איש (Ish) – Mens versus. Persoon
אדום (Adom) vs. ורוד (Varod) – Rood versus. Roze
מר (Mar) vs. מתוק (Matok) – Bitter versus. Zoet
תקוה (Tikvah) vs. אמונה (Emunah) – Hoop versus. Vertrouwen
זקן (Zaken) vs. ישן (Yashan) – Oude versus. Antiek in Hebreeuws
הלך (Halach) vs. נסע (Nasa) – Liep vs. Gereisd
נהדר (Nehedar) vs. טוב (Tov) – Prachtige versus. Goed
אורח (Oreach) vs. מארח (Me’areach) – Gast versus. Gastheer
אסור (Assur) vs. מותר (Mutar) – Verboden vs. Toegestaan
אהבה (Ahava) vs. שנאה (Sinah) – Liefde versus. Een hekel hebben aan
LEER SNELLER TALEN
MET AI
Leer 5x Sneller
Start Learning