Laten we beginnen met enkele basiswoorden die je in elke taal nodig hebt. Deze woorden vormen de bouwstenen voor eenvoudige zinnen en alledaagse gesprekken.
– да (da) – Ja
– не (ne) – Nee
– добры дзень (dobry dzjen) – Goedendag
– да пабачэння (da pabachennya) – Tot ziens
– калі ласка (kali laska) – Alsjeblieft
– дзякуй (dzjakoew) – Dank je
– прабачце (prabachce) – Excuseer mij
Deze woorden zullen je helpen om beleefd en respectvol te communiceren in het Wit-Russisch.
Getallen
Het kennen van getallen is essentieel voor allerlei situaties, zoals het doen van aankopen, het vragen naar de tijd of het begrijpen van prijzen.
– нуль (noel) – Nul
– адзін (adzin) – Eén
– два (dva) – Twee
– тры (try) – Drie
– чатыры (chatyry) – Vier
– пяць (piat) – Vijf
– шэсць (sjesc) – Zes
– сем (sjem) – Zeven
– восем (vosjem) – Acht
– дзевяць (dzjevjat) – Negen
– дзесяць (dzjesjat) – Tien
Oefen deze getallen regelmatig, zodat je ze snel kunt herkennen en gebruiken.
Dagen van de week
Het kennen van de dagen van de week helpt je om afspraken te maken en je agenda te beheren.
– панядзелак (panjadzjelak) – Maandag
– аўторак (aoetarak) – Dinsdag
– серада (sjerada) – Woensdag
– чацвер (chatver) – Donderdag
– пятніца (piatnitsa) – Vrijdag
– субота (soebota) – Zaterdag
– нядзеля (njadzjelja) – Zondag
Probeer elke dag de dag van de week in het Wit-Russisch te benoemen om deze woorden in je geheugen te verankeren.
Kleuren
Kleuren zijn belangrijk voor het beschrijven van voorwerpen, kleding en nog veel meer. Hier zijn enkele basis kleurenwoorden:
– чырвоны (tsjyrvony) – Rood
– сіні (sinij) – Blauw
– зялёны (zjaljonij) – Groen
– жоўты (zjouty) – Geel
– чорны (tsjorny) – Zwart
– белы (bely) – Wit
Het oefenen van deze kleuren helpt je om beschrijvingen te geven en te begrijpen.
Familie
Het kennen van woorden gerelateerd aan familie is essentieel voor gesprekken over je persoonlijke leven.
– маці (matsi) – Moeder
– бацька (batska) – Vader
– сын (syn) – Zoon
– дачка (datsjka) – Dochter
– брат (brat) – Broer
– сястра (sjastra) – Zus
Gebruik deze woorden om je familie te beschrijven en te praten over je gezinsleven.
Voorbeelden van zinnen
Nu we enkele basiswoorden en categorieën hebben behandeld, laten we enkele eenvoudige zinnen bekijken die je kunt gebruiken in alledaagse situaties.
– Як вас завуць? (Jak vas zavoets?) – Hoe heet je?
– Мяне завуць … (Mnja zavoets …) – Ik heet …
– Адкуль вы? (Adkoel vy?) – Waar kom je vandaan?
– Я з Нідэрландаў. (Ja z Niderlandaw.) – Ik kom uit Nederland.
– Як справы? (Jak spravy?) – Hoe gaat het?
– Добра, дзякуй. (Dobra, dzjakoew.) – Goed, dank je.
Door deze zinnen te oefenen, kun je eenvoudige gesprekken voeren en jezelf voorstellen in het Wit-Russisch.
Veelvoorkomende werkwoorden
Het kennen van enkele basiswerkwoorden helpt je om meer complexe zinnen te vormen. Hier zijn enkele veelvoorkomende werkwoorden:
– быць (byts) – Zijn
– мець (mets) – Hebben
– рабіць (rabits) – Doen
– ісці (issti) – Gaan
– казаць (kazats) – Zeggen
Probeer deze werkwoorden te combineren met de eerder genoemde woorden om eenvoudige zinnen te maken.
Conclusie
Het leren van een nieuwe taal zoals het Wit-Russisch kan een uitdaging zijn, maar met de juiste basiswoordenschat kun je een solide start maken. Door regelmatig te oefenen met deze basiswoorden en zinnen, zul je merken dat je snel vooruitgang boekt en meer zelfvertrouwen krijgt in het spreken van de taal. Onthoud dat consistentie en herhaling de sleutel zijn tot succes in taalverwerving. Veel succes met je studie van het Wit-Russisch!