Thaise woordenschat voor luchthaven- en vliegreizen

Het leren van een nieuwe taal kan een uitdagende, maar ook lonende ervaring zijn. Vooral als je van plan bent om naar een ander land te reizen, kan het beheersen van de basiswoordenschat en zinnen je reis een stuk gemakkelijker en aangenamer maken. In dit artikel richten we ons op Thaise woordenschat die je nodig hebt voor luchthaven- en vliegreizen. Of je nu een toerist bent of een zakenreiziger, deze woorden en zinnen zullen je helpen om je weg te vinden op de luchthaven, je vlucht in te checken en eventuele problemen op te lossen.

Op de luchthaven

สนามบิน (sanaam bin) – Luchthaven. Dit is het algemene woord voor luchthaven in het Thais.
ฉันต้องไปสนามบินเพื่อขึ้นเครื่องบิน

เที่ยวบิน (thîao bin) – Vlucht. Dit woord gebruik je om te verwijzen naar een specifieke vlucht.
เที่ยวบินของฉันล่าช้า

เช็คอิน (chèk-in) – Inchecken. Dit is een leenwoord uit het Engels en wordt op dezelfde manier gebruikt.
ฉันต้องการเช็คอินสำหรับเที่ยวบินของฉัน

กระเป๋าเดินทาง (grà-bpăo dern taang) – Koffer. Dit woord betekent ‘reisbagage’ of ‘koffer’.
กระเป๋าเดินทางของฉันหนักมาก

บัตรขึ้นเครื่อง (bàt khûen khrêuang) – Instapkaart. Dit is je boarding pass.
ขอฉันดูบัตรขึ้นเครื่องของคุณ

ประตูทางออก (bprà-dtuu thaang òrk) – Gate. Hiermee wordt de vertrekhal bedoeld waar je op je vliegtuig wacht.
ประตูทางออกของเราคือหมายเลข 15

สายการบิน (săai gaan bin) – Luchtvaartmaatschappij. Dit woord gebruik je om te verwijzen naar de airline waarmee je vliegt.
คุณบินกับสายการบินไหน

หนังสือเดินทาง (năng-sŭe dern taang) – Paspoort. Dit woord betekent ‘paspoort’ en is essentieel voor internationale reizen.
ฉันลืมหนังสือเดินทางไว้ที่บ้าน

In het vliegtuig

ที่นั่ง (thîi nâng) – Stoel. Dit woord betekent ‘stoel’ of ‘zitplaats’.
ที่นั่งของฉันอยู่ตรงกลาง

เข็มขัดนิรภัย (kĕm-kàt ní-rá-pai) – Veiligheidsgordel. Dit is de veiligheidsgordel in het vliegtuig.
กรุณาคาดเข็มขัดนิรภัย

หน้าต่าง (nâa-dtàang) – Raam. Dit woord betekent ‘raam’ en kan verwijzen naar het vliegtuigraam.
ฉันชอบที่นั่งติดหน้าต่าง

เครื่องดื่ม (khrêuang dèum) – Drankje. Dit woord betekent ‘drankje’ en wordt gebruikt voor zowel alcoholische als niet-alcoholische dranken.
ฉันขอน้ำเปล่าหนึ่งแก้ว

อาหาร (aa-hăan) – Eten. Dit woord betekent ‘eten’ en kan verwijzen naar een maaltijd aan boord.
อาหารบนเครื่องบินอร่อยมาก

พนักงานต้อนรับบนเครื่องบิน (phá-nák-ngaan dtôn ráp bon khrêuang bin) – Stewardess. Dit is het woord voor stewardess of steward.
พนักงานต้อนรับบนเครื่องบินช่วยฉันหาที่นั่ง

ห้องน้ำ (hâawng náam) – Toilet. Dit is het woord voor toilet.
ห้องน้ำอยู่ที่ไหน

Problemen en noodgevallen

ล่าช้า (lâa châa) – Vertraging. Dit woord gebruik je wanneer je vlucht vertraagd is.
เที่ยวบินของเราล่าช้า

ยกเลิก (yók-lòerk) – Geannuleerd. Dit woord betekent ‘geannuleerd’.
เที่ยวบินของคุณถูกยกเลิก

กระเป๋าหาย (grà-bpăo hăai) – Verloren bagage. Dit woord gebruik je als je bagage kwijt is.
กระเป๋าของฉันหายไป

ปัญหา (bpan-hăa) – Probleem. Dit woord betekent ‘probleem’.
ฉันมีปัญหากับเที่ยวบินของฉัน

ความช่วยเหลือ (khwaam chûay lĕua) – Hulp. Dit woord betekent ‘hulp’.
ฉันต้องการความช่วยเหลือ

ฉุกเฉิน (chòok-chĕrn) – Noodgeval. Dit woord betekent ‘noodgeval’.
นี่คือสถานการณ์ฉุกเฉิน

Conclusie

Het kennen van deze basiswoorden en zinnen kan je ervaring op de luchthaven en in het vliegtuig aanzienlijk verbeteren. Het helpt je niet alleen om jezelf beter uit te drukken, maar het laat ook zien dat je de moeite hebt genomen om de taal en cultuur van het land dat je bezoekt te respecteren. Veel succes met het leren en een veilige reis!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller