Spaanse woorden voor kleding en mode

Als je een nieuwe taal leert, kan het kennen van woordenschat gerelateerd aan dagelijkse onderwerpen, zoals kleding en mode, van onschatbare waarde zijn. Of je nu winkelt in een Spaans-sprekend land, de nieuwste modetrends bespreekt of gewoon je kledingkast beschrijft, deze woorden zullen zeker van pas komen. Hier is een lijst met enkele gangbare Spaanse woorden voor kleding en mode met definities en voorbeeldzinnen.

Camisa – Dit is het Spaanse woord voor overhemd.
Me compré una camisa nueva para la entrevista de trabajo.

Pantalones – Broek in het Spaans.
No puedo encontrar mis pantalones favoritos.

Vestido – Het woord voor jurk.
Ella lleva un vestido rojo para la cena de gala.

Zapatos – Deze term verwijst naar schoenen.
Necesito zapatos nuevos para correr por la mañana.

Sombrero – Dit betekent hoed in het Spaans.
El sombrero que eligió complementa su atuendo perfectamente.

Abrigo – Vertaald als jas of mantel.
Va a nevar, así que no te olvides de tu abrigo.

Falda – Spaans voor rok.
Compré una falda de cuero para mi concierto de esta noche.

Blusa – Staat voor blouse.
Tiene una blusa muy bonita; es elegante y sencilla a la vez.

Calcetines – Dit woord betekent sokken.
Siempre pierdo mis calcetines en la lavandería.

Jeans – De Spaanse versie van het woord voor jeans of spijkerbroek.
Los jeans son una prenda esencial en cualquier armario moderno.

Traje – Gelijk aan het Engelse woord voor pak.
Se compró un traje nuevo para la boda de su mejor amigo.

Chaqueta – Dit is de term voor jasje of jack.
Necesitarás una chaqueta impermeable si vas a hacer senderismo en la montaña.

Zapatillas – Het Spaanse woord voor sneakers of gymschoenen.
Me pongo mis zapatillas para estar cómodo en casa.

Suéter – Trui in het Spaans.
El suéter es demasiado grande para mí, pero es tan cálido y suave.

Bañador – Dit betekent badpak of zwembroek.
Se te olvidó empacar el bañador para el fin de semana en la playa.

Bolso – Een algemene term voor tas.
Ese bolso parece pequeño, pero cabe todo lo que necesita.

Accesorio – Het woord voor accessoire.
Un buen accesorio puede cambiar completamente tu atuendo.

Cinturón – Dit staat voor riem.
Este cinturón me lo dio mi abuelo y tiene un significado especial para mí.

Guantes – Betekent handschoenen.
Ponte los guantes para proteger tus manos del frío.

Gafas – Dit kan verwijzen naar een bril of zonnebril.
No puedo leer nada sin mis gafas.

Bisutería – Verzamelnaam voor kostuum- of fantasiejuwelen.
Le regaló bisutería hermosa hecha a mano.

Collar – Spaans voor ketting.
Me pongo este collar siempre que tengo una cita importante.

Moda – Mode of trend.
La moda rápida tiene un gran impacto en el medio ambiente.

Estilo – Dit betekent stijl.
Cada persona tiene su propio estilo al vestir.

Het beheersen van deze woorden helpt je niet alleen bij het winkelen, maar biedt je ook de gelegenheid om over mode en persoonlijke voorkeuren te spreken. Spaanse mode is een reflectie van de levendige cultuur en door deze vocabulaire toe te passen, kun je een gesprek beginnen over bijvoorbeeld de nieuwste collectie van een bekende Spaanse modeontwerper of over de traditionele klederdracht van een bepaalde regio in Spanje.

Om je spreek- en schrijfvaardigheid in het Spaans verder te verbeteren, probeer je de nieuwe woorden te integreren in zinnen en gesprekken. Draag een Spaans modetijdschrift bij je en benoem de kledingstukken die je ziet. Je kunt ook proberen te beschrijven wat je vrienden en familie dragen, of je eigen outfit samenstellen met de hierboven genoemde woorden.

Het belangrijkste om te onthouden bij het leren van een nieuwe taal is consistentie en oefening. Door regelmatig nieuwe woorden en begrippen te gebruiken, zal je Spaanse woordenschat snel en effectief groeien. Veel plezier met het verkennen van de Spaanse taal en cultuur door middel van mode!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller