Spaanse woorden die u moet kennen voor A1-niveau

Het leren van een nieuwe taal kan een uitdagende maar ook zeer lonende ervaring zijn. Als u net begint met het leren van Spaans, is het belangrijk om te beginnen met de basis. Op A1-niveau, het beginnersniveau volgens het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader voor Talen (ERK), leert u de meest essentiƫle woorden en zinnen die u nodig hebt om eenvoudige gesprekken te voeren. In dit artikel zullen we enkele van de belangrijkste Spaanse woorden bespreken die u moet kennen voor A1-niveau.

Basiswoordenschat

Om een goede basis te leggen, is het belangrijk om enkele van de meest voorkomende Spaanse woorden te leren. Deze woorden komen vaak voor in alledaagse gesprekken en zijn cruciaal voor uw begrip en communicatie.

Groeten en beleefdheidsuitdrukkingen

Een van de eerste dingen die u moet leren in een nieuwe taal zijn de groeten en beleefdheidsuitdrukkingen. Deze woorden helpen u om vriendelijk en respectvol te communiceren.

– Hola ā€“ Hallo
– AdiĆ³s ā€“ Tot ziens
– Buenos dĆ­as ā€“ Goedemorgen
– Buenas tardes ā€“ Goedemiddag
– Buenas noches ā€“ Goedenavond / Goede nacht
– Por favor ā€“ Alstublieft
– Gracias ā€“ Dank u wel
– De nada ā€“ Graag gedaan
– PerdĆ³n ā€“ Excuseer
– Lo siento ā€“ Het spijt me

Persoonlijke voornaamwoorden

Persoonlijke voornaamwoorden zijn essentieel voor het opbouwen van zinnen en het voeren van gesprekken. Hier zijn de belangrijkste persoonlijke voornaamwoorden in het Spaans:

– Yo ā€“ Ik
– TĆŗ ā€“ Jij
– Ɖl / Ella / Usted ā€“ Hij / Zij / U
– Nosotros / Nosotras ā€“ Wij (mannelijk / vrouwelijk)
– Vosotros / Vosotras ā€“ Jullie (mannelijk / vrouwelijk)
– Ellos / Ellas / Ustedes ā€“ Zij (mannelijk / vrouwelijk) / U (meervoud)

Familieleden

Het is ook nuttig om de woorden voor verschillende familieleden te leren, aangezien familie een belangrijk onderwerp is in veel gesprekken.

– Madre ā€“ Moeder
– Padre ā€“ Vader
– Hermano ā€“ Broer
– Hermana ā€“ Zus
– Hijo ā€“ Zoon
– Hija ā€“ Dochter
– Abuelo ā€“ Grootvader
– Abuela ā€“ Grootmoeder
– TĆ­o ā€“ Oom
– TĆ­a ā€“ Tante

Getallen en tijd

Het begrijpen van getallen en het kunnen vertellen van de tijd is een andere belangrijke vaardigheid op A1-niveau.

Getallen

Hier zijn de getallen van 1 tot 20 in het Spaans:

– Uno ā€“ EĆ©n
– Dos ā€“ Twee
– Tres ā€“ Drie
– Cuatro ā€“ Vier
– Cinco ā€“ Vijf
– Seis ā€“ Zes
– Siete ā€“ Zeven
– Ocho ā€“ Acht
– Nueve ā€“ Negen
– Diez ā€“ Tien
– Once ā€“ Elf
– Doce ā€“ Twaalf
– Trece ā€“ Dertien
– Catorce ā€“ Veertien
– Quince ā€“ Vijftien
– DiecisĆ©is ā€“ Zestien
– Diecisiete ā€“ Zeventien
– Dieciocho ā€“ Achttien
– Diecinueve ā€“ Negentien
– Veinte ā€“ Twintig

Dagen van de week

Het kennen van de dagen van de week is ook heel handig:

– Lunes ā€“ Maandag
– Martes ā€“ Dinsdag
– MiĆ©rcoles ā€“ Woensdag
– Jueves ā€“ Donderdag
– Viernes ā€“ Vrijdag
– SĆ”bado ā€“ Zaterdag
– Domingo ā€“ Zondag

Maanden van het jaar

En hier zijn de maanden van het jaar:

– Enero ā€“ Januari
– Febrero ā€“ Februari
– Marzo ā€“ Maart
– Abril ā€“ April
– Mayo ā€“ Mei
– Junio ā€“ Juni
– Julio ā€“ Juli
– Agosto ā€“ Augustus
– Septiembre ā€“ September
– Octubre ā€“ Oktober
– Noviembre ā€“ November
– Diciembre ā€“ December

De tijd vertellen

Om de tijd te kunnen vertellen, zijn hier enkele nuttige woorden en zinnen:

– ĀæQuĆ© hora es? ā€“ Hoe laat is het?
– Es la una ā€“ Het is Ć©Ć©n uur
– Son las dos ā€“ Het is twee uur
– Y media ā€“ En een half (bijvoorbeeld, Son las dos y media ā€“ Het is half drie)
– Y cuarto ā€“ En een kwartier (bijvoorbeeld, Son las dos y cuarto ā€“ Het is kwart over twee)
– Menos cuarto ā€“ Min een kwartier (bijvoorbeeld, Son las dos menos cuarto ā€“ Het is kwart voor twee)

Voedsel en drinken

Een ander belangrijk vocabulairegebied is voedsel en drinken. Dit is vooral nuttig als u naar een Spaanssprekend land reist en in een restaurant bestelt of boodschappen doet.

Basisvoedsel

Hier zijn enkele basisvoedingsmiddelen:

– Pan ā€“ Brood
– Agua ā€“ Water
– Leche ā€“ Melk
– Carne ā€“ Vlees
– Pollo ā€“ Kip
– Pescado ā€“ Vis
– Fruta ā€“ Fruit
– Verdura ā€“ Groenten
– Arroz ā€“ Rijst
– Pasta ā€“ Pasta

Fruit en groenten

Het kennen van de namen van verschillende fruiten en groenten kan ook heel nuttig zijn:

– Manzana ā€“ Appel
– PlĆ”tano ā€“ Banaan
– Naranja ā€“ Sinaasappel
– Fresa ā€“ Aardbei
– Uva ā€“ Druif
– Tomate ā€“ Tomaat
– Lechuga ā€“ Sla
– Zanahoria ā€“ Wortel
– Patata ā€“ Aardappel
– Cebolla ā€“ Ui

In een restaurant

Enkele nuttige woorden en zinnen voor in een restaurant:

– MenĆŗ ā€“ Menu
– Plato ā€“ Bord/gerecht
– Tenedor ā€“ Vork
– Cuchillo ā€“ Mes
– Cuchara ā€“ Lepel
– Servilleta ā€“ Servet
– Cuenta ā€“ Rekening
– ĀæQuĆ© recomienda? ā€“ Wat raadt u aan?
– Quisiera ā€“ Ik zou graag willen
– Para llevar ā€“ Om mee te nemen

Basiszinnen en uitdrukkingen

Naast individuele woorden is het ook belangrijk om enkele basiszinnen en uitdrukkingen te leren. Deze kunnen u helpen om eenvoudige gesprekken te voeren en uw behoeften uit te drukken.

Vragen stellen

Hier zijn enkele basisvragen die u kunt gebruiken:

– ĀæCĆ³mo te llamas? ā€“ Hoe heet je?
– Me llamoā€¦ ā€“ Ik heetā€¦
– ĀæDe dĆ³nde eres? ā€“ Waar kom je vandaan?
– Soy deā€¦ ā€“ Ik kom uitā€¦
– ĀæCuĆ”ntos aƱos tienes? ā€“ Hoe oud ben je?
– Tengoā€¦ aƱos ā€“ Ik benā€¦ jaar oud
– ĀæQuĆ© haces? ā€“ Wat doe je? (Wat is je beroep?)

Informatie geven

Enkele zinnen om informatie te geven:

– Vivo enā€¦ ā€“ Ik woon inā€¦
– Trabajo enā€¦ ā€“ Ik werk in/bijā€¦
– Estudio enā€¦ ā€“ Ik studeer aanā€¦
– Mi nĆŗmero de telĆ©fono esā€¦ ā€“ Mijn telefoonnummer isā€¦
– Mi direcciĆ³n esā€¦ ā€“ Mijn adres isā€¦

Dagelijkse activiteiten

Het kunnen beschrijven van dagelijkse activiteiten is ook heel nuttig:

– Me levanto a lasā€¦ ā€“ Ik sta op omā€¦
– Desayuno a lasā€¦ ā€“ Ik ontbijt omā€¦
– Voy al trabajo a lasā€¦ ā€“ Ik ga naar mijn werk omā€¦
– Almuerzo a lasā€¦ ā€“ Ik lunch omā€¦
– Ceno a lasā€¦ ā€“ Ik dineer omā€¦
– Me acuesto a lasā€¦ ā€“ Ik ga naar bed omā€¦

Adjectieven en beschrijvingen

Het kennen van enkele basisadjectieven kan u helpen om dingen en mensen om u heen te beschrijven.

Adjectieven

Hier zijn enkele veelvoorkomende adjectieven:

– Bueno ā€“ Goed
– Malo ā€“ Slecht
– Grande ā€“ Groot
– PequeƱo ā€“ Klein
– Bonito ā€“ Mooi
– Feo ā€“ Lelijk
– Nuevo ā€“ Nieuw
– Viejo ā€“ Oud
– Caliente ā€“ Warm
– FrĆ­o ā€“ Koud

Voorbeelden van beschrijvingen

Enkele voorbeelden van hoe u deze adjectieven kunt gebruiken:

– La casa es grande ā€“ Het huis is groot
– El coche es nuevo ā€“ De auto is nieuw
– La comida estĆ” caliente ā€“ Het eten is warm
– El libro es interesante ā€“ Het boek is interessant

Werkwoorden en vervoegingen

Werkwoorden zijn de ruggengraat van elke zin, en het begrijpen van de basiswerkwoorden en hun vervoegingen is cruciaal.

Basiswerkwoorden

Hier zijn enkele van de meest voorkomende werkwoorden in het Spaans:

– Ser ā€“ Zijn
– Estar ā€“ Zijn (voor tijdelijke toestanden en locaties)
– Tener ā€“ Hebben
– Hacer ā€“ Doen/Maken
– Ir ā€“ Gaan
– Comer ā€“ Eten
– Beber ā€“ Drinken
– Hablar ā€“ Praten
– Vivir ā€“ Leven/Wonen
– Gustar ā€“ Leuk vinden

Voorbeelden van werkwoordvervoegingen

Enkele voorbeelden van hoe deze werkwoorden worden vervoegd in de tegenwoordige tijd:

– Yo soy ā€“ Ik ben
– TĆŗ eres ā€“ Jij bent
– Ɖl/Ella/Usted es ā€“ Hij/Zij/U is
– Nosotros/Nosotras somos ā€“ Wij zijn
– Vosotros/Vosotras sois ā€“ Jullie zijn
– Ellos/Ellas/Ustedes son ā€“ Zij zijn

Voor het werkwoord “tener”:

– Yo tengo ā€“ Ik heb
– TĆŗ tienes ā€“ Jij hebt
– Ɖl/Ella/Usted tiene ā€“ Hij/Zij/U heeft
– Nosotros/Nosotras tenemos ā€“ Wij hebben
– Vosotros/Vosotras tenĆ©is ā€“ Jullie hebben
– Ellos/Ellas/Ustedes tienen ā€“ Zij hebben

Conclusie

Het beheersen van deze basiswoorden en zinnen op A1-niveau zal u helpen om eenvoudige gesprekken in het Spaans te voeren en een solide basis te leggen voor verdere studie. Vergeet niet dat consistentie en oefening de sleutel zijn tot succes bij het leren van een nieuwe taal. Blijf deze woorden en zinnen herhalen, en probeer ze in uw dagelijkse gesprekken te gebruiken. Veel succes met uw taalleerreis!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller