Het leren van een nieuwe taal kan uitdagend zijn, vooral als het gaat om het begrijpen en onthouden van nieuwe woordenschat. Een van de belangrijkste aspecten van elke taal is het kunnen praten over je familieleden. In dit artikel zullen we een uitgebreide lijst van Roemeense woorden voor familieleden doornemen, samen met hun definities en voorbeeldzinnen. Dit zal je helpen om je woordenschat uit te breiden en je taalvaardigheid te verbeteren.
Hoofdleden van het Gezin
Tată – Vader. Dit is het Roemeense woord voor vader.
Tatăl meu lucrează la o fabrică.
Mamă – Moeder. Dit is het Roemeense woord voor moeder.
Mama mea gătește cina în fiecare seară.
Frate – Broer. Dit woord wordt gebruikt voor een mannelijke sibling.
Fratele meu este mai mare decât mine.
Soră – Zus. Dit woord wordt gebruikt voor een vrouwelijke sibling.
Sora mea merge la universitate.
Grootouders
Bunic – Grootvader. Dit is het Roemeense woord voor grootvader.
Bunicul meu îmi spune povești interesante.
Bunică – Grootmoeder. Dit is het Roemeense woord voor grootmoeder.
Bunica mea face cele mai bune prăjituri.
Ooms en Tantes
Unchi – Oom. Dit is het Roemeense woord voor oom.
Unchiul meu locuiește în alt oraș.
Mătușă – Tante. Dit is het Roemeense woord voor tante.
Mătușa mea lucrează ca profesoară.
Neven en Nichten
Văr – Neef. Dit is het Roemeense woord voor neef, zoon van je oom of tante.
Vărul meu este foarte amuzant.
Vară – Nicht. Dit is het Roemeense woord voor nicht, dochter van je oom of tante.
Vara mea studiază medicina.
Andere Familieleden
SoÈ› – Echtgenoot. Dit is het Roemeense woord voor echtgenoot.
Soțul meu este inginer.
SoÈ›ie – Echtgenote. Dit is het Roemeense woord voor echtgenote.
Soția mea este foarte talentată.
Fiul – Zoon. Dit is het Roemeense woord voor zoon.
Fiul meu merge la școală.
Fiica – Dochter. Dit is het Roemeense woord voor dochter.
Fiica mea iubește să cânte.
Văr primar – Eerste neef. Dit is een nauwe neef, meestal de zoon van je oom of tante.
Vărul meu primar este ca un frate pentru mine.
VeriÈ™oară primară – Eerste nicht. Dit is een nauwe nicht, meestal de dochter van je oom of tante.
Verișoara mea primară este foarte inteligentă.
Cumnat – Zwager. Dit is het Roemeense woord voor de echtgenoot van je zus of de broer van je echtgenoot/echtgenote.
Cumnatul meu este un om foarte bun.
Cumnată – Schoonzus. Dit is het Roemeense woord voor de echtgenote van je broer of de zus van je echtgenoot/echtgenote.
Cumnata mea este foarte prietenoasă.
Socrul – Schoonvader. Dit is het Roemeense woord voor de vader van je echtgenoot/echtgenote.
Socrul meu este pensionar.
Soacră – Schoonmoeder. Dit is het Roemeense woord voor de moeder van je echtgenoot/echtgenote.
Soacra mea este foarte grijulie.
Aanverwante Familieleden
Ginere – Schoonzoon. Dit is het Roemeense woord voor de echtgenoot van je dochter.
Ginerele meu este doctor.
Noră – Schoondochter. Dit is het Roemeense woord voor de echtgenote van je zoon.
Nora mea este avocat.
NaÈ™ – Peetvader. Dit is het Roemeense woord voor peetvader.
Nașul meu este prietenul tatălui meu.
Nașă – Peetmoeder. Dit is het Roemeense woord voor peetmoeder.
Nașa mea este foarte amabilă.
Fin – Peetzoon. Dit is het Roemeense woord voor peetzoon.
Finul meu a fost botezat ieri.
Fină – Peetdochter. Dit is het Roemeense woord voor peetdochter.
Fina mea este foarte drăguță.
Kinderen en Kleinkinderen
Nepot – Kleinzoon. Dit is het Roemeense woord voor kleinzoon.
Nepotul meu este foarte energic.
Nepoată – Kleindochter. Dit is het Roemeense woord voor kleindochter.
Nepoata mea adoră să deseneze.
Familierelaties
Rude – Familieleden. Dit is een algemene term voor familieleden.
Rudele mele vin în vizită de Crăciun.
Familie – Familie. Dit is het Roemeense woord voor familie.
Familia mea este foarte unită.
Copii – Kinderen. Dit is het Roemeense woord voor kinderen.
Copiii mei sunt foarte talentați.
FraÈ›i – Broers en zussen. Dit is het Roemeense woord voor broers en zussen.
Am doi frați și o soră.
Gineri – Schoonzonen. Dit is het Roemeense woord voor schoonzonen.
Toți ginerii mei sunt foarte respectuoși.
Nepoti – Kleinkinderen. Dit is het Roemeense woord voor kleinkinderen.
Toți nepoții mei sunt foarte veseli.
Cuscru – Schoonvader van je kind. Dit is het Roemeense woord voor de schoonvader van je kind.
Cuscrul meu este un om foarte înțelept.
Cuscră – Schoonmoeder van je kind. Dit is het Roemeense woord voor de schoonmoeder van je kind.
Cuscră mea este foarte amabilă.
NaÈ™i – Peetouders. Dit is het Roemeense woord voor peetouders.
Nașii mei sunt prieteni de familie.
Fini – Peetkinderen. Dit is het Roemeense woord voor peetkinderen.
Toți finii noștri sunt foarte drăguți.
Het leren van deze woorden zal je niet alleen helpen om je Roemeense woordenschat uit te breiden, maar ook om beter te communiceren over je familie en relaties. Hopelijk vind je deze lijst nuttig en kun je deze woorden in je dagelijkse gesprekken gebruiken. Veel succes met je taalstudie!