Roemeense woorden die u moet kennen voor A2-niveau

Als je het Roemeens leert en je bent op A2-niveau, is het belangrijk om een goede basiswoordenschat op te bouwen. Woorden zijn de bouwstenen van elke taal en met de juiste kennis kun je eenvoudige gesprekken voeren en jezelf uitdrukken in alledaagse situaties. In dit artikel bespreken we enkele essentiële Roemeense woorden die je moet kennen voor A2-niveau.

Dagelijkse Woorden en Uitdrukkingen

Laten we beginnen met enkele dagelijkse woorden en uitdrukkingen die je vaak zult tegenkomen.

Begroetingen en Afscheid

– **Bună ziua** – Goedendag
– **Bună dimineața** – Goedemorgen
– **Bună seara** – Goedenavond
– **Noapte bună** – Goedenacht
– **La revedere** – Tot ziens
– **Pa** – Dag (informeel)

Deze begroetingen en afscheidsuitdrukkingen zijn essentieel voor elke basisconversatie. Ze helpen je om beleefd te zijn en een goede indruk te maken.

Vragen Stellen

– **Cum te cheamă?** – Hoe heet je?
– **Câți ani ai?** – Hoe oud ben je?
– **Unde locuiești?** – Waar woon je?
– **Ce faci?** – Hoe gaat het?
– **Ce este asta?** – Wat is dit?
– **Cât costă asta?** – Hoeveel kost dit?

Het stellen van vragen is een belangrijke vaardigheid in elke taal. Deze zinnen helpen je om meer over iemand te weten te komen en gesprekken te beginnen.

Basiswerkwoorden

Werkwoorden zijn de ruggengraat van elke zin. Hier zijn enkele basiswerkwoorden die je vaak zult gebruiken:

– **a fi** – zijn
– **a avea** – hebben
– **a face** – doen/maken
– **a merge** – gaan/lopen
– **a veni** – komen
– **a mânca** – eten
– **a bea** – drinken

Door deze werkwoorden te leren, kun je eenvoudige zinnen maken en jezelf beter uitdrukken.

Woorden voor Alledaagse Situaties

Naast de basiswoorden zijn er ook specifieke woorden die je in verschillende alledaagse situaties zult gebruiken.

In de Supermarkt

– **Pâine** – Brood
– **Lapte** – Melk
– **Apă** – Water
– **Fructe** – Fruit
– **Legume** – Groenten
– **Carne** – Vlees
– **Pește** – Vis
– **Preț** – Prijs
– **Bon** – Kassabon

Deze woorden helpen je om te winkelen en te communiceren met winkelpersoneel.

Bij de Dokter

– **Doctor** – Dokter
– **Spital** – Ziekenhuis
– **Farmacie** – Apotheek
– **Rețetă** – Recept
– **Medicament** – Medicijn
– **Durere** – Pijn
– **Simptome** – Symptomen
– **Consultație** – Consultatie

Het kennen van deze woorden kan erg nuttig zijn in noodgevallen of wanneer je medische hulp nodig hebt.

In het Restaurant

– **Meniu** – Menu
– **Fel principal** – Hoofdgerecht
– **Desert** – Dessert
– **Notă de plată** – Rekening
– **Rezervare** – Reservering
– **Chelner** – Ober
– **Mâncare** – Eten
– **Băutură** – Drank

Met deze woorden kun je gemakkelijk eten bestellen en communiceren met het restaurantpersoneel.

Basis Nummers en Tellen

Nummers zijn een essentieel onderdeel van elke taal. Hier zijn de basisnummers in het Roemeens:

– **Unu** – Eén
– **Doi** – Twee
– **Trei** – Drie
– **Patru** – Vier
– **Cinci** – Vijf
– **Șase** – Zes
– **Șapte** – Zeven
– **Opt** – Acht
– **Nouă** – Negen
– **Zece** – Tien

Voor hogere nummers voeg je gewoon de basisnummers samen. Bijvoorbeeld, elf is **unsprezece**, twaalf is **doisprezece**, enzovoort.

Basis Kleuren

Kleuren zijn ook een belangrijk aspect van de woordenschat. Hier zijn enkele basis kleuren:

– **Roșu** – Rood
– **Albastru** – Blauw
– **Galben** – Geel
– **Verde** – Groen
– **Negru** – Zwart
– **Alb** – Wit
– **Portocaliu** – Oranje
– **Roz** – Roze

Deze woorden helpen je om voorwerpen en situaties beter te beschrijven.

Familie en Relaties

Het kennen van de woorden voor familieleden en relaties kan je helpen om over je gezin en sociale kring te praten.

– **Mamă** – Moeder
– **Tată** – Vader
– **Frate** – Broer
– **Soră** – Zus
– **Bunică** – Grootmoeder
– **Bunic** – Grootvader
– **Unchi** – Oom
– **Mătușă** – Tante

Deze woorden zijn essentieel voor gesprekken over familie en persoonlijke relaties.

Bijvoeglijke Naamwoorden

Bijvoeglijke naamwoorden helpen je om meer details en nuances aan je zinnen toe te voegen. Hier zijn enkele basisbijvoeglijke naamwoorden:

– **Mare** – Groot
– **Mic** – Klein
– **Bun** – Goed
– **Rău** – Slecht
– **Frumos** – Mooi
– **Urat** – Lelijk
– **Vechi** – Oud
– **Nou** – Nieuw

Met deze bijvoeglijke naamwoorden kun je voorwerpen en situaties beter beschrijven.

Veelvoorkomende Uitdrukkingen

Naast losse woorden zijn er ook veelvoorkomende uitdrukkingen die je kunt gebruiken om vloeiender te klinken.

Alledaagse Uitdrukkingen

– **Ce mai faci?** – Hoe gaat het met je?
– **Te rog** – Alsjeblieft
– **Mulțumesc** – Dank je
– **Cu plăcere** – Graag gedaan
– **Îmi pare rău** – Het spijt me
– **Nici o problemă** – Geen probleem

Deze uitdrukkingen zijn nuttig voor alledaagse gesprekken en om beleefd te zijn.

Uitdrukkingen voor Tijd

– **Acum** – Nu
– **Mai târziu** – Later
– **Dimineață** – Ochtend
– **După-amiază** – Middag
– **Seara** – Avond
– **Noapte** – Nacht
– **Astăzi** – Vandaag
– **Mâine** – Morgen
– **Ieri** – Gisteren

Deze tijdsuitdrukkingen helpen je om tijdstippen en planningen beter te begrijpen en te bespreken.

Conclusie

Het beheersen van deze basiswoorden en uitdrukkingen zal je helpen om zelfverzekerder te worden in het Roemeens en om dagelijkse gesprekken gemakkelijker te voeren. Deze lijst is natuurlijk niet uitputtend, maar het biedt een solide basis voor verdere studie. Blijf oefenen, luister naar native speakers, en gebruik deze woorden in je dagelijkse conversaties om je taalvaardigheden te verbeteren. Veel succes met je taalreis!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller