Het leren van een nieuwe taal kan een uitdagend maar ook verrijkend proces zijn. Een van de belangrijkste aspecten van taalverwerving is het opdoen van specifieke woordenschat in verschillende contexten. In dit artikel richten we ons op Litouwse woorden die gerelateerd zijn aan recht en regering. Dit zal je niet alleen helpen om je woordenschat te vergroten, maar ook om een beter begrip te krijgen van hoe de Litouwse samenleving en haar juridische en politieke systemen werken.
Recht
Teisė – Recht: Dit woord verwijst naar het geheel van regels en wetten die door de overheid worden ingesteld en gehandhaafd.
Teisė yra svarbi kiekvienos valstybės dalis.
Teismas – Rechtbank: Dit is de plaats waar juridische zaken worden behandeld en waar rechters beslissingen nemen.
Teismas nusprendė, kad kaltinamasis yra nekaltas.
Advokatas – Advocaat: Een professionele rechtsvertegenwoordiger die cliënten adviseert en verdedigt in juridische kwesties.
Advokatas padėjo man laimėti bylą.
Prokuroras – Officier van Justitie: Een ambtenaar die strafzaken behandelt en namens de staat optreedt in de rechtbank.
Prokuroras pateikė kaltinimus įtariamajam.
Įstatymas – Wet: Een verzameling van regels die door de overheid zijn vastgesteld en waaraan de burgers zich moeten houden.
Naujas įstatymas įsigaliojo šį mėnesį.
Teisėjas – Rechter: Een persoon die bevoegd is om rechtszaken te leiden en juridische beslissingen te nemen.
Teisėjas priėmė galutinį sprendimą byloje.
Bauda – Boete: Een geldstraf die wordt opgelegd voor het overtreden van de wet.
Jis gavo baudą už greičio viršijimą.
Apeliacija – Hoger beroep: De procedure waarbij een zaak opnieuw wordt beoordeeld door een hogere rechtbank.
Teisininkas pateikė apeliaciją dėl nuosprendžio.
Kaltinimas – Aanklacht: Een formele beschuldiging van een misdrijf.
Prokuroras pateikė naują kaltinimą.
Byla – Zaak: Een juridische kwestie die aan een rechtbank wordt voorgelegd.
Ši byla buvo labai sudėtinga.
Regering
Vyriausybė – Regering: De groep mensen die een land bestuurt en de hoogste beslissingen neemt.
Vyriausybė priėmė naują įstatymą.
Prezidentas – President: Het staatshoofd van een republiek, vaak de hoogste uitvoerende macht.
Prezidentas pasirašė naują įstatymą.
Ministras – Minister: Een hooggeplaatste ambtenaar die verantwoordelijk is voor een bepaald overheidsdepartement.
Ministras kalbėjo apie švietimo reformą.
Seimas – Parlement: Het nationale wetgevende orgaan van Litouwen.
Seimas svarstė naują įstatymo projektą.
Įstatymų leidėjas – Wetgever: Een persoon of instantie die verantwoordelijk is voor het maken van wetten.
Įstatymų leidėjai dirba dėl naujų teisės aktų.
Rinkimai – Verkiezingen: Het proces waarbij burgers stemmen om hun vertegenwoordigers te kiezen.
Rinkimai įvyks kitą mėnesį.
Biudžetas – Begroting: Een plan van de regering over hoe het geld wordt besteed en verdeeld.
Vyriausybė patvirtino naują biudžetą.
Partija – Partij: Een georganiseerde groep mensen met vergelijkbare politieke opvattingen die proberen invloed uit te oefenen op het overheidsbeleid.
Partija laimėjo daugumą rinkimuose.
Koalicija – Coalitie: Een alliantie van politieke partijen die samen een regering vormen.
Nauja koalicija buvo suformuota po rinkimų.
Referendumas – Referendum: Een directe stemming van de bevolking over een specifiek voorstel of wet.
Referendumas dėl konstitucijos pakeitimo vyko praėjusį savaitgalį.
Procedurele termen
Posėdis – Zitting: Een formele bijeenkomst van een rechtbank of andere officiële instantie.
Kitas posėdis vyks kitą savaitę.
Sprendimas – Beslissing: Een oordeel of uitspraak van een rechtbank.
Teismo sprendimas buvo palankus ieškovui.
Liudytojas – Getuige: Iemand die een verklaring aflegt in een rechtszaak.
Liudytojas davė svarbią informaciją bylai.
Įrodymas – Bewijs: Materiaal of informatie die wordt gebruikt om een zaak te ondersteunen in de rechtbank.
Įrodymai buvo nepakankami, kad būtų priimtas sprendimas.
Ginčas – Geschil: Een conflict of onenigheid die vaak juridisch wordt opgelost.
Ginčas tarp kaimynų buvo išspręstas teisme.
Nuosprendis – Vonnis: De formele uitspraak van schuld of onschuld in een strafzaak.
Teisėjas paskelbė nuosprendį kaltinamajam.
Apkaltinimas – Impeachment: Het proces waarbij een hoge ambtenaar, zoals een president, wordt beschuldigd van misdrijven en mogelijk uit zijn functie wordt gezet.
Prezidentui buvo pateiktas apkaltinimas dėl piktnaudžiavimo valdžia.
Sutartis – Contract: Een juridisch bindende overeenkomst tussen twee of meer partijen.
Sutartis buvo pasirašyta abiejų šalių.
Nuostatai – Reglementen: Regels die zijn vastgesteld door een organisatie of overheid.
Nuostatai buvo pakeisti siekiant pagerinti darbo sąlygas.
Komisija – Commissie: Een groep mensen die is aangesteld om een bepaalde taak of onderzoek uit te voeren.
Komisija pateikė savo išvadas dėl korupcijos atvejo.
Politieke termen
Demokratija – Democratie: Een regeringsvorm waarin de macht bij het volk ligt en beslissingen worden genomen door middel van vrije en eerlijke verkiezingen.
Lietuva yra demokratinė valstybė.
Diktatūra – Dictatuur: Een regeringsvorm waarin één persoon of een kleine groep alle macht heeft en de rechten van de burgers worden beperkt.
Šalis kentė nuo ilgos diktatūros.
Konstitucija – Grondwet: Het hoogste wetgevende document van een land dat de basisprincipes en rechten van de burgers vastlegt.
Konstitucija buvo priimta prieš dvidešimt metų.
Respublika – Republiek: Een staatsvorm waarin het staatshoofd niet door erfopvolging wordt aangewezen, maar wordt gekozen door het volk of hun vertegenwoordigers.
Lietuva yra nepriklausoma respublika nuo 1990 metų.
Federalizmas – Federalisme: Een systeem van regering waarin de macht is verdeeld tussen een centrale autoriteit en verschillende regionale entiteiten.
Federalizmas leidžia regionams turėti savarankiškumą.
Liberalizmas – Liberalisme: Een politieke ideologie die individuele vrijheid, gelijkheid en rechtvaardigheid benadrukt.
Liberalizmas yra populiari politinė srovė daugelyje šalių.
Konservatizmas – Conservatisme: Een politieke ideologie die traditie, sociale stabiliteit en het behoud van gevestigde instituten waardeert.
Konservatizmas yra giliai įsišaknijęs šioje šalyje.
Socializmas – Socialisme: Een politieke en economische theorie die pleit voor gemeenschappelijk of overheidsbeheer van de productiemiddelen en een eerlijke verdeling van de welvaart.
Socializmas siekia sumažinti socialinę nelygybę.
Komunizmas – Communisme: Een ideologie die streeft naar een klassenloze samenleving waarin alle eigendommen gemeenschappelijk zijn.
Komunizmas buvo pagrindinė ideologija Sovietų Sąjungoje.
Kapitalizmas – Kapitalisme: Een economisch systeem waarin de productiemiddelen in privébezit zijn en de productie wordt geleid door winstmaximalisatie.
Kapitalizmas skatina laisvą rinką ir konkurenciją.
Het beheersen van juridische en politieke terminologie in het Litouws zal je helpen om een dieper inzicht te krijgen in de werking van de Litouwse samenleving. Of je nu geïnteresseerd bent in het volgen van nieuws, deelnemen aan een discussie of werken in een juridische of politieke omgeving, deze woorden zullen je goed van pas komen. Blijf oefenen en integreer deze woorden in je dagelijkse gesprekken om je taalvaardigheden verder te verbeteren.