Koreaanse woorden die u moet kennen voor B1-niveau

Het leren van de Koreaanse taal kan een uitdagende, maar ook een zeer lonende ervaring zijn. Wanneer je het B1-niveau in het Koreaans bereikt, betekent dit dat je een solide basis hebt en in staat bent om je te redden in een breed scala van situaties. Om je te helpen bij het bereiken van dit niveau, hebben we een lijst samengesteld van belangrijke Koreaanse woorden die je moet kennen. Deze woorden zullen je niet alleen helpen om je vocabulaire uit te breiden, maar ook om je zelfvertrouwen te vergroten bij het spreken en begrijpen van de taal.

Basiswoorden en Uitdrukkingen

Een van de eerste stappen om je taalvaardigheid te verbeteren, is het leren van basiswoorden en uitdrukkingen die vaak worden gebruikt in het dagelijks leven.

안녕하세요 (annyeonghaseyo) – Hallo
Deze begroeting wordt gebruikt in formele situaties en is een van de eerste woorden die je moet leren.

감사합니다 (gamsahamnida) – Dank u
Dit is een formele manier om dankjewel te zeggen en wordt veel gebruikt.

네 (ne) – Ja
Een eenvoudig maar essentieel woord dat je vaak zult gebruiken.

아니요 (aniyo) – Nee
Het tegenovergestelde van “네” en net zo belangrijk.

죄송합니다 (joesonghamnida) – Het spijt me
Een formele manier om je excuses aan te bieden.

Getallen en Tellen

Het kennen van getallen is cruciaal voor dagelijkse activiteiten zoals winkelen, het gebruiken van het openbaar vervoer en het begrijpen van tijdsaanduidingen.

하나 (hana) – Eén
둘 (dul) – Twee
셋 (set) – Drie
넷 (net) – Vier
다섯 (daseot) – Vijf
여섯 (yeoseot) – Zes
일곱 (ilgop) – Zeven
여덟 (yeodeol) – Acht
아홉 (ahop) – Negen
열 (yeol) – Tien

Hogere Getallen

십 (sip) – Tien
이십 (isib) – Twintig
백 (baek) – Honderd
천 (cheon) – Duizend
만 (man) – Tienduizend

Dagelijkse Activiteiten

Woorden die je dagelijks kunt gebruiken om je routine te beschrijven, zijn ook belangrijk voor het B1-niveau.

학교 (hakgyo) – School
회사 (hoesa) – Bedrijf
집 (jip) – Huis
시장 (sijang) – Markt
은행 (eunhaeng) – Bank

Werkwoorden

Werkwoorden zijn cruciaal omdat ze je helpen om acties en gebeurtenissen te beschrijven.

가다 (gada) – Gaan
오다 (oda) – Komen
하다 (hada) – Doen
먹다 (meokda) – Eten
마시다 (masida) – Drinken
보다 (boda) – Zien/kijken
듣다 (deutda) – Luisteren
읽다 (ikda) – Lezen
쓰다 (sseuda) – Schrijven

Voedsel en Drank

Als je in Korea bent of van Koreaanse gerechten houdt, zijn deze woorden onmisbaar.

밥 (bap) – Rijst/maaltijd
김치 (kimchi) – Gefermenteerde groenten
불고기 (bulgogi) – Gemarineerd rundvlees
비빔밥 (bibimbap) – Rijst met gemengde groenten
물 (mul) – Water
차 (cha) – Thee
커피 (keopi) – Koffie

Familie en Relaties

Het begrijpen van termen die familie en relaties beschrijven, is essentieel voor sociale interacties.

가족 (gajok) – Familie
어머니 (eomeoni) – Moeder
아버지 (abeoji) – Vader
형 (hyeong) – Oudere broer (voor mannen)
오빠 (oppa) – Oudere broer (voor vrouwen)
누나 (nuna) – Oudere zus (voor mannen)
언니 (eonni) – Oudere zus (voor vrouwen)
동생 (dongsaeng) – Jongere broer/zus

Reizen en Vervoer

Als je door Korea reist, zijn deze woorden bijzonder nuttig.

비행기 (bihaenggi) – Vliegtuig
기차 (gicha) – Trein
버스 (beoseu) – Bus
택시 (taegsi) – Taxi
지하철 (jihacheol) – Metro
역 (yeok) – Station
공항 (gonghang) – Luchthaven
지도 (jido) – Kaart

Weer en Seizoenen

Het weer is een veelbesproken onderwerp, dus het kennen van deze woorden kan zeer nuttig zijn.

날씨 (nalssi) – Weer
봄 (bom) – Lente
여름 (yeoreum) – Zomer
가을 (gaeul) – Herfst
겨울 (gyeoul) – Winter
비 (bi) – Regen
눈 (nun) – Sneeuw
태양 (taeyang) – Zon

Gezondheid en Lichaam

Deze woorden zijn belangrijk, vooral in noodgevallen of bij een bezoek aan de dokter.

병원 (byeongwon) – Ziekenhuis
약 (yak) – Medicijn
의사 (uisa) – Dokter
아프다 (apeuda) – Pijn hebben/ziek zijn
머리 (meori) – Hoofd
팔 (pal) – Arm
다리 (dari) – Been
손 (son) – Hand
발 (bal) – Voet

Bijvoeglijke naamwoorden

Bijvoeglijke naamwoorden helpen je om dingen beter te beschrijven en je mening te geven.

큰 (keun) – Groot
작은 (jageun) – Klein
빠른 (ppareun) – Snel
느린 (neurin) – Langzaam
좋은 (joeun) – Goed
나쁜 (nappeun) – Slecht
비싼 (bissan) – Duur
싼 (ssan) – Goedkoop

Emoties en Gevoelens

Het kunnen uitdrukken van je emoties en gevoelens is belangrijk voor persoonlijke gesprekken.

행복하다 (haengbokhada) – Gelukkig zijn
슬프다 (seulpeuda) – Verdrietig zijn
화나다 (hwanada) – Boos zijn
놀라다 (nollada) – Verrast zijn
무섭다 (museopda) – Bang zijn
피곤하다 (pigonhada) – Moe zijn

Conclusie

Het bereiken van het B1-niveau in het Koreaans betekent dat je een breed scala aan woorden en uitdrukkingen moet beheersen. Deze lijst van belangrijke woorden is een uitstekende startpunt om je vocabulaire te verbeteren en je taalvaardigheid te versterken. Blijf oefenen, gebruik deze woorden in je dagelijkse gesprekken en je zult merken dat je steeds vloeiender en zelfverzekerder wordt in het Koreaans. Succes met je taalleerreis!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller