De Estse taal is rijk aan unieke woorden en uitdrukkingen, vooral als het gaat om eten en voedsel. Of je nu een bezoek brengt aan Estland of gewoon je woordenschat wilt uitbreiden, het kennen van enkele eet- en voedselgerelateerde Estse woorden kan zeer nuttig zijn. Hieronder vind je een uitgebreide lijst met woorden die je zullen helpen om je begrip van de Estse taal te verbeteren.
Basistermen voor Eten en Voedsel
Söök – Dit is het Estse woord voor “eten”. Het kan verwijzen naar voedsel in het algemeen of een maaltijd.
Ma söön hommikusööki.
Toit – Dit betekent “voedsel” of “eten”. Het is een algemene term die wordt gebruikt voor alles wat eetbaar is.
See toit on väga maitsev.
Joogid – Dit betekent “dranken”. Het verwijst naar alles wat je kunt drinken, van water tot wijn.
Ma tellin kaks jooki.
Restoran – Dit is het Estse woord voor “restaurant”. Een plek waar je kunt gaan eten.
Me läheme täna õhtul restorani.
Kohvik – Dit betekent “café”. Een plek waar je koffie, thee en lichte maaltijden kunt krijgen.
Ma kohtun sõbraga kohvikus.
Voedselcategorieën
Lihatoidud – Dit betekent “vleesgerechten”. Het verwijst naar gerechten die vlees bevatten.
Eestis on palju maitsvaid lihatoite.
Kalatooted – Dit betekent “visproducten”. Het verwijst naar voedsel gemaakt van vis.
Ma armastan süüa kalatooteid.
Köögiviljad – Dit betekent “groenten”. Het verwijst naar plantaardige voedselproducten.
Köögiviljad on tervislikud.
Puuviljad – Dit betekent “fruit”. Het verwijst naar eetbare vruchten van planten.
Ma söön iga päev puuvilju.
Piimatooted – Dit betekent “zuivelproducten”. Het verwijst naar voedsel gemaakt van melk.
Piimatooted on rikkad kaltsiumi poolest.
Specifieke Voedselitems
Leib – Dit betekent “brood”. Een basisvoedselproduct dat in veel culturen wordt gegeten.
Ma ostan värsket leiba.
Juust – Dit betekent “kaas”. Een zuivelproduct dat wereldwijd geliefd is.
Ma armastan juustu süüa.
Või – Dit betekent “boter”. Een smeerbaar zuivelproduct vaak gebruikt op brood.
Palun anna mulle või.
Kartul – Dit betekent “aardappel”. Een veelvoorkomende groente die op verschillende manieren kan worden bereid.
Kartulid on väga mitmekülgsed.
Õun – Dit betekent “appel”. Een populaire fruitsoort.
Ma söön igal hommikul ühe õuna.
Salat – Dit betekent “salade”. Een gerecht dat meestal bestaat uit rauwe groenten.
Ma söön lõunaks salatit.
Maaltijden en Eetmomenten
Hommikusöök – Dit betekent “ontbijt”. De eerste maaltijd van de dag.
Ma söön hommikusööki kell kaheksa.
Lõunasöök – Dit betekent “lunch”. De maaltijd die meestal rond het middaguur wordt gegeten.
Lõunasöök on kell kaksteist.
Õhtusöök – Dit betekent “diner”. De avondmaaltijd.
Me sööme õhtusööki kell seitse.
Suupisted – Dit betekent “snacks”. Kleine hoeveelheden voedsel die tussen de hoofdmaaltijden door worden gegeten.
Ma söön suupisteid pärastlõunal.
Magustoit – Dit betekent “dessert”. Een zoet gerecht dat meestal na de maaltijd wordt gegeten.
Ma armastan Å¡okolaadimagustoitu.
Beschrijvingen van Smaak en Bereiding
Magus – Dit betekent “zoet”. Wordt gebruikt om de smaak van suikerhoudende voedingsmiddelen te beschrijven.
See kook on väga magus.
Soolane – Dit betekent “zout”. Wordt gebruikt om voedsel te beschrijven dat veel zout bevat.
Soolane toit on minu lemmik.
Hapu – Dit betekent “zuur”. Wordt gebruikt om voedsel te beschrijven dat een zure smaak heeft.
Sidrun on väga hapu.
Mõru – Dit betekent “bitter”. Wordt gebruikt om voedsel te beschrijven dat een bittere smaak heeft.
Kohv võib mõnikord mõru olla.
Vürtsikas – Dit betekent “pikant”. Wordt gebruikt om voedsel te beschrijven dat een pittige smaak heeft.
Ma armastan vürtsikat toitu.
Keedetud – Dit betekent “gekookt”. Een bereidingswijze waarbij voedsel in water wordt gekookt.
Keedetud kartulid on maitsvad.
Küpsetatud – Dit betekent “gebakken”. Een bereidingswijze waarbij voedsel in een oven wordt gebakken.
Küpsetatud kana on minu lemmik.
Praetud – Dit betekent “gebraden”. Een bereidingswijze waarbij voedsel in een pan wordt gebraden.
Praetud kala on väga maitsev.
Grillitud – Dit betekent “gegrild”. Een bereidingswijze waarbij voedsel op een grill wordt bereid.
Grillitud liha on suvel väga populaarne.
Dranken
Vesi – Dit betekent “water”. Een essentiële drank voor het leven.
Ma joon iga päev palju vett.
Kohv – Dit betekent “koffie”. Een populaire cafeïnehoudende drank.
Ma alustan oma päeva kohviga.
Tee – Dit betekent “thee”. Een drank gemaakt van de bladeren van de theeplant.
Ma joon õhtul teed.
Piim – Dit betekent “melk”. Een zuiveldrank die vaak wordt gedronken.
Lapsed joovad piima.
Mahl – Dit betekent “sap”. Een drank gemaakt van het sap van vruchten.
Ma joon hommikusöögiks apelsinimahla.
Vein – Dit betekent “wijn”. Een alcoholische drank gemaakt van druiven.
Ma joon õhtusöögiks klaasi veini.
Õlu – Dit betekent “bier”. Een alcoholische drank gemaakt van gerst.
Eestis on palju head õlut.
Culturele Gerechten en Specialiteiten
Verivorst – Dit betekent “bloedworst”. Een traditioneel Ests gerecht vaak gegeten tijdens de feestdagen.
Jõulude ajal sööme verivorsti.
Mulgi kapsad – Dit betekent “Mulgi kool”. Een traditioneel gerecht gemaakt van zuurkool en varkensvlees.
Mulgi kapsad on talvisel ajal populaarsed.
Rosolje – Dit betekent “rosolje”. Een traditionele Estse salade gemaakt van bieten, aardappelen en haring.
Rosolje on väga maitsev.
Kama – Dit betekent “kama”. Een traditioneel Ests dessert gemaakt van gemalen granen en gefermenteerde melk.
Kama on väga tervislik.
Kohupiim – Dit betekent “kwark”. Een populair zuivelproduct dat vaak in desserts wordt gebruikt.
Kohupiim on magustoitudes tavaline koostisosa.
Het leren van deze woorden zal je niet alleen helpen bij het begrijpen van de Estse taal, maar ook bij het waarderen van de rijke culinaire cultuur van Estland. Of je nu van plan bent om Estland te bezoeken of gewoon je taalkennis wilt uitbreiden, deze eet- en voedselgerelateerde woorden zullen je zeker van pas komen. Bon appétit!