Duitse woordenschat voor theater en performance

Wanneer u van plan bent om een theatervoorstelling in Duitsland te bezoeken of geïnteresseerd bent in de wereld van theater en performance, kan het heel nuttig zijn om vertrouwd te raken met de relevante woordenschat. Hier zijn enkele belangrijke Duitse termen die u kunnen helpen bij het begrijpen en bespreken van theaterproducties.

Theater – Dit woord wordt zowel gebruikt om het gebouw als de kunstvorm te beschrijven.
Ich gehe heute Abend ins Theater, um eine neue Produktion zu sehen.

Schauspieler – Iemand die een karakter portretteert in een stuk of film.
Der Schauspieler bereitete sich auf seine Rolle vor.

Regisseur – Een persoon die verantwoordelijk is voor de artistieke en praktische aspecten van een productie.
Der Regisseur arbeitete eng mit den Schauspielern zusammen, um seine Vision zu verwirklichen.

Bühne – Het platform in een theater waar de acteurs optreden.
Die Schauspieler betraten die Bühne für die Generalprobe.

Kulisse – De achtergrondstukken die worden gebruikt om een scène te creëren.
Die Kulisse wurde meisterhaft gestaltet, um eine mittelalterliche Burg darzustellen.

Requisite – Een object dat door de acteurs wordt gebruikt tijdens een voorstelling.
Die Requisite wurde sorgfältig ausgewählt, um die Epoche zu reflektieren.

Aufführung – Een live uitvoering van een theaterstuk.
Die Aufführung war ausverkauft und das Publikum war begeistert.

Zuschauer – Een lid van het publiek.
Die Zuschauer applaudierten lange nach dem Ende der Vorstellung.

Probe – Een praktijksessie waar acteurs een stuk repeteren.
Die Schauspieler waren aufgeregt wegen der letzten Probe vor der Premiere.

Premiere – De eerste uitvoering van een stuk.
Die Premiere war ein großer Erfolg und die Kritiker lobten die Leistung.

Szenario – Het geschreven script of de plot van een voorstelling.
Das Szenario des Stücks war sowohl witzig als auch bewegend.

Akt – Een hoofdonderdeel of sectie van een stuk.
Nach dem zweiten Akt gab es eine kurze Pause.

Monolog – Een lange toespraak door een acteur die alleen op het toneel staat.
Der Monolog des Hauptdarstellers war besonders ergreifend.

Dialog – Een gesprek tussen twee of meer karakters.
Der Dialog zwischen den Charakteren war sehr natürlich und fließend.

Dramaturgie – De studie of het vak van toneelschrijven en theaterproductie.
Sie studierte Dramaturgie, weil sie eine Karriere im Theater anstrebte.

Souffleur – Deze rol is bedoeld om acteurs te helpen herinneren aan hun tekst als ze deze vergeten.
Der Souffleur half dem Schauspieler leise, als er seinen Text vergaß.

Inszenierung – De artistieke interpretatie en presentatie van een stuk.
Die Inszenierung des Stücks war modern und innovativ.

Kostüm – De kleren die door acteurs worden gedragen tijdens een voorstelling.
Die Kostüme waren farbenfroh und passten perfekt zur Zeitperiode des Stücks.

Maskenbildner – Een persoon die verantwoordelijk is voor de make-up en soms de pruiken van de acteurs.
Der Maskenbildner arbeitete schnell, um die Schauspieler vor dem Auftritt fertigzumachen.

Lichttechniker – Verantwoordelijk voor het ontwerp en de bediening van de verlichting tijdens een voorstelling.
Der Lichttechniker überprüfte alle Scheinwerfer vor der Show.

Tontechniker – Beheert de geluidseffecten en de muziek voor een productie.
Der Tontechniker sorgte dafür, dass die Musik zur richtigen Zeit eingesetzt wurde.

Bühnenbild – Het ontwerp en de layout van het decor en de locatie op de bühne.
Das Bühnenbild verwandelte die leere Bühne in eine magische Welt.

Bühnenanweisung – Instructies in het script die de bewegingen van de acteurs, het gebruik van rekwisieten of technische effecten specificeren.
Die Bühnenanweisungen waren detailliert, um jegliche Verwirrung zu vermeiden.

Ensemble – De cast van een theaterproductie.
Das Ensemble arbeitete eng zusammen, um eine beeindruckende Vorstellung abzuliefern.

Stehplatz – Een staanplaats in het theater, meestal goedkoper dan zitplaatsen.
Obwohl ich nur einen Stehplatz hatte, genoss ich die Aufführung sehr.

Ouvertüre – Het muziekstuk dat aan het begin van veel operas en musicals wordt gespeeld.
Die Ouvertüre setzte den Ton für den Abend mit seiner spektakulären Komposition.

De Duitse woordenschat rond theater en performance is rijk en gevarieerd. Door deze termen en hun toepassingen te leren, kunt u dieper ingaan op gesprekken over theater en uw begrip en waardering voor de kunstvorm verder ontwikkelen. Het is ook een uitstekende manier om immersief te leren en uw taalvaardigheden uit te breiden. Geniet van het theater en viel Erfolg bei Ihrer sprachlichen Reise!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller