De IJslandse keuken is rijk aan tradities en unieke gerechten die teruggaan tot de tijd van de Vikingen. Voor degenen die geïnteresseerd zijn in het leren van IJslands, kan het kennen van culinaire en voedselgerelateerde woorden een geweldige manier zijn om niet alleen de taal, maar ook de cultuur beter te begrijpen. In dit artikel zullen we enkele van de meest voorkomende en nuttige culinaire en voedselgerelateerde woorden in het IJslands bespreken, samen met hun betekenissen en voorbeeldzinnen.
Algemene woorden voor voedsel
Matur – Eten
Dit is het algemene woord voor voedsel of eten in het IJslands.
Ég elska að borða góður matur.
Máltíð – Maaltijd
Dit woord wordt gebruikt om een maaltijd aan te duiden.
Við borðum þrjár máltíðir á dag.
Morgunmatur – Ontbijt
De eerste maaltijd van de dag, het ontbijt.
Ég borða morgunmat klukkan átta á morgnana.
Hádegismatur – Lunch
De maaltijd die meestal rond het middaguur wordt gegeten.
Hádegismaturinn minn er oft léttur.
Kvöldmatur – Diner
De laatste maaltijd van de dag, vaak de grootste.
Við fjölskyldan borðum kvöldmat saman.
Ingrediënten en basisvoedsel
Brauð – Brood
Een basisvoedingsmiddel gemaakt van deeg en gebakken in de oven.
Ég keypti nýbakað brauð í dag.
Mjólk – Melk
Een witte vloeistof geproduceerd door zoogdieren, vooral koeien.
Ég drekk mjólk með morgunmatnum mínum.
Ostur – Kaas
Een zuivelproduct gemaakt van gestremde melk.
Ostur er mjög vinsæll á Íslandi.
Sykur – Suiker
Een zoetstof die vaak wordt toegevoegd aan voedsel en dranken.
Ég set sykur í kaffið mitt.
Salt – Zout
Een mineraal dat vaak wordt gebruikt om voedsel op smaak te brengen.
Við þurfum að kaupa meira salt.
Smjör – Boter
Een zuivelproduct gemaakt van gekarnde room.
Ég set smjör á brauðið mitt.
Vlees en vis
Kjöt – Vlees
Algemeen woord voor dierlijk vlees dat wordt gegeten.
Ég borða ekki mikið kjöt.
Nautakjöt – Rundvlees
Vlees van een koe.
Nautakjöt er oft notað í steikur.
Lambakjöt – Lamsvlees
Vlees van een lam.
Lambakjöt er hefðbundin réttur á Íslandi.
Fiskur – Vis
Een waterdier dat wordt gegeten als voedsel.
Fiskur er mikilvægur hluti af íslenskri matargerð.
Lax – Zalm
Een populaire vissoort, vaak gerookt of gegrild.
Lax er vinsæll réttur á veitingastöðum.
Þorskur – Kabeljauw
Een andere veel voorkomende vissoort in de IJslandse keuken.
Þorskur er mikið borðaður á Íslandi.
Groenten en fruit
Grænmeti – Groenten
Algemeen woord voor plantaardig voedsel.
Ég borða mikið af grænmeti til að vera heilbrigð.
Gulrót – Wortel
Een oranje wortelgroente.
Gulrætur eru góðar fyrir augun.
Kartafla – Aardappel
Een zetmeelrijke knolgewas.
Kartöflur eru oft notaðar í matargerð.
Salat – Sla
Bladgroente vaak gebruikt in salades.
Ég bæti salati við samlokuna mína.
Epli – Appel
Een populaire vrucht die vaak rauw wordt gegeten.
Epli eru holl og bragðgóð.
Bananar – Bananen
Een lange, gele vrucht.
Bananar eru góðir í morgunmat.
Dranken
Kaffi – Koffie
Een populaire drank gemaakt van gebrande koffiebonen.
Ég get ekki byrjað daginn án kaffi.
Te – Thee
Een drank gemaakt door het trekken van gedroogde bladeren in heet water.
Te er róandi drykkur.
Safi – Sap
Een vloeistof die wordt geperst uit fruit of groenten.
Ég drekk appelsínusafa í morgunmat.
Vatn – Water
Een kleurloze, smaakloze vloeistof die essentieel is voor het leven.
Það er mikilvægt að drekka nóg vatn.
Bjór – Bier
Een alcoholische drank gemaakt van gerst of ander graan.
Bjór er vinsæll drykkur á börum.
Vín – Wijn
Een alcoholische drank gemaakt van gefermenteerde druiven.
Ég nýt þess að drekka rauðvín með kvöldmatnum.
Bereidingswijzen
Steikja – Bakken
Het koken van voedsel in een pan met olie of boter.
Ég ætla að steikja egg í morgunmat.
Sjóða – Koken
Het bereiden van voedsel door het in water te verwarmen tot het kookpunt.
Ég ætla að sjóða kartöflur fyrir kvöldmat.
Baka – Bakken
Het bereiden van voedsel in de oven.
Ég baka köku fyrir afmælið mitt.
Grilla – Grillen
Het koken van voedsel op een rooster boven een open vuur of warmtebron.
Við ætlum að grilla hamborgara í kvöld.
Steikja – Frituren
Het koken van voedsel in hete olie.
Ég ætla að steikja kartöfluflögur.
Hræra – Roeren
Het mengen van ingrediënten door ze met een lepel of garde te bewegen.
Ég þarf að hræra súpuna reglulega.
Eetgerei en servies
Diskur – Bord
Een plat object waarop voedsel wordt geserveerd.
Ég set matinn á diskinn.
Gaffall – Vork
Een eetgerei met tanden gebruikt om voedsel te prikken.
Ég nota gaffal til að borða pasta.
Skeið – Lepel
Een rond of ovaal eetgerei gebruikt om vloeistoffen te eten.
Ég borða súpu með skeið.
Hnífur – Mes
Een scherp gereedschap gebruikt om voedsel te snijden.
Ég nota hníf til að skera brauð.
Glas – Glas
Een transparant object gebruikt om drank uit te drinken.
Ég fylli glasið mitt með vatni.
Bolli – Kop
Een klein object met een handvat, gebruikt om warme dranken te drinken.
Ég drekk kaffi úr bolla.
Speciale gerechten
Skyr – Skyr
Een traditioneel IJslands zuivelproduct, vergelijkbaar met yoghurt.
Skyr er mjög hollt og bragðgott.
Hangikjöt – Gerookt lamsvlees
Een traditioneel IJslands gerecht van gerookt lamsvlees.
Hangikjöt er oft borðað á jólunum.
Plokkfiskur – Visstoofpot
Een stoofpot gemaakt van vis, aardappelen en uien.
Plokkfiskur er hefðbundinn réttur á Íslandi.
Hákarl – Gegiste haai
Een traditioneel gerecht van gefermenteerde haai.
Hákarl hefur mjög sterkt bragð.
Rúgbrauð – Roggebrood
Een donker en dicht brood gemaakt van rogge.
Rúgbrauð er oft borið fram með smjöri.
Door deze woorden te leren, krijg je een beter begrip van de IJslandse taal en cultuur. Het kennen van culinaire en voedselgerelateerde woorden kan je helpen om jezelf uit te drukken in restaurants, tijdens het koken, of gewoon in het dagelijkse leven. Veel succes met je taalstudie en geniet van het ontdekken van de rijke culinaire tradities van IJsland!