Algemene Portugese werkwoorden die u moet kennen

Portugees leren kan een spannende en lonende uitdaging zijn voor Nederlandssprekenden. Een goede basis in veelgebruikte werkwoorden is essentieel voor het bouwen van een solide taalfundament. Hier zijn enkele van de meest algemene Portugese werkwoorden die u moet kennen om uw taalvaardigheden te versterken.

Ser (zijn) – dit onregelmatige werkwoord wordt gebruikt om identiteit, essentie en kenmerken te beschrijven.
Ele é um bom amigo. – Hij is een goede vriend.

Ter (hebben) – een essentieel werkwoord dat bezit uitdrukt, maar ook gebruikt wordt als hulpwerkwoord.
Ela tem três irmãos. – Zij heeft drie broers.

Estar (zijn, bevinden) – wordt gebruikt om tijdelijke toestanden of locaties uit te drukken.
O livro está em cima da mesa. – Het boek bevindt zich op de tafel.

Fazer (doen, maken) – een veelzijdig werkwoord voor het beschrijven van acties of het maken van objecten.
Ela faz um bolo delicioso. – Zij maakt een heerlijke taart.

Ir (gaan) – dit werkwoord geeft beweging naar een plaats of ruimte aan.
Eu vou à escola a pé. – Ik ga te voet naar school.

Saber (weten, kunnen) – geeft kennis of bekwaamheid aan en wordt ook gebruikt om feitjes of informatie uit te drukken.
Ele sabe falar português. – Hij kan Portugees spreken.

Vir (komen) – de tegenovergestelde beweging van ‘ir’ en duidt het komen van een persoon of object aan.
Vou ver quando você vem. – Ik zal kijken wanneer je komt.

Ver (zien, bekijken) – voor het beschrijven van het gebruik van het gezichtsvermogen of het bekijken van iets.
Ele vê televisão todas as noites. – Hij kijkt elke avond televisie.

Poder (kunnen, mogen) – een modaal hulpwerkwoord dat gebruikt wordt om toestemming of mogelijkheid uit te drukken.
Você pode me ajudar? – Kun je me helpen?

Querer (willen, wensen) – gebruikt voor het uitdrukken van verlangens, wensen of intenties.
Eu quero aprender português. – Ik wil Portugees leren.

Dar (geven) – wordt gebruikt om het aanreiken of schenken van iets aan te duiden.
Ela dá uma flor à professora. – Zij geeft een bloem aan de lerares.

Falar (spreken, praten) – een kernwerkwoord voor communicatie.
Nós falamos português em casa. – Wij spreken Portugees thuis.

Achar (vinden, menen) – gebruikt voor het vinden van dingen of het uitdrukken van een mening.
Eu acho que vai chover hoje. – Ik denk dat het vandaag gaat regenen.

Amar (houden van, liefhebben) – een krachtig werkwoord voor het uitdrukken van sterke gevoelens of diepe affectie.
Ele ama a família mais do que tudo. – Hij houdt meer van zijn familie dan van wat dan ook.

Comer (eten) – een basiswerkwoord voor de dagelijkse noodzakelijke actie van voedselinname.
Nós comemos arroz e feijão todos os dias. – Wij eten elke dag rijst en bonen.

Entender (begrijpen, verstaan) – essentieel voor het uitdrukken van begrip of intellectueel vat hebben op iets.
Eu entendo tudo o que você diz. – Ik begrijp alles wat je zegt.

Escrever (schrijven) – voor het weergeven van het proces van schriftelijk communiceren.
Ela escreve um diário todas as noites. – Zij schrijft elke avond in een dagboek.

Ler (lezen) – het werkwoord voor het interpreteren van geschreven tekst.
Ele lê jornais todas as manhãs. – Hij leest elke ochtend de krant.

Andar (lopen, rijden, gaan) – kan gebruikt worden voor verschillende soorten beweging.
Ela anda de bicicleta para o trabalho. – Zij fietst naar haar werk.

Partir (vertrekken, breken) – dit werkwoord kan zowel het vertrekken naar een plek als het scheiden of breken van iets uitdrukken.
O trem parte às nove horas. – De trein vertrekt om negen uur.

Door deze veelgebruikte Portugese werkwoorden te beheersen, zet u een belangrijke stap in de wereld van de Portugese taal. De kracht van een taal schuilt in de regelmatige oefening en herhaling van woorden en constructies. Probeer deze werkwoorden in verschillende zinnen te gebruiken en let op de verschillende vervoegingen voor de diverse persoonsvormen. Met geduld en doorzettingsvermogen wordt uiteindelijk zelfs de complexiteit van de Portugese grammatica deel van uw tweede natuur. Veel succes met uw taalreis!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller