Het leren van een nieuwe taal kan een uitdagende maar ook een zeer lonende ervaring zijn. Als je je Perzisch (Farsi) wilt verbeteren en een B1-niveau wilt bereiken, is het essentieel om een goede basiswoordenschat op te bouwen. In dit artikel bespreken we 50 essentiële woorden die je moet kennen voor het Perzisch op B1-niveau. Deze woorden zullen je helpen om dagelijkse gesprekken te voeren, je mening te uiten en je verstaanbaar te maken in verschillende situaties.

Dagelijkse woorden

1. **سلام** (salaam) – Hallo
2. **خداحافظ** (khodaa haafez) – Tot ziens
3. **بله** (baleh) – Ja
4. **نه** (na) – Nee
5. **لطفا** (lotfan) – Alsjeblieft
6. **متشکرم** (motshakkeram) – Dank je wel
7. **ببخشید** (bebakhshid) – Sorry
8. **چطور** (chetor) – Hoe
9. **کی** (ki) – Wie
10. **کجا** (kojaa) – Waar

Deze woorden zijn fundamenteel voor elke interactie. Ze helpen je niet alleen om beleefd te zijn, maar ook om basisinformatie te verkrijgen en te verstrekken.

Eten en drinken

11. **آب** (aab) – Water
12. **نان** (naan) – Brood
13. **چای** (chaay) – Thee
14. **قهوه** (qahveh) – Koffie
15. **شیر** (shir) – Melk
16. **میوه** (miveh) – Fruit
17. **گوشت** (goosht) – Vlees
18. **سبزیجات** (sabzijaat) – Groenten
19. **صبحانه** (sobhaaneh) – Ontbijt
20. **شام** (shaam) – Diner

Deze woorden zijn handig voor wanneer je in een restaurant bent of boodschappen doet. Ze vormen de basis van wat je nodig hebt om over voedsel en drinken te praten.

Familie en relaties

21. **خانواده** (khaanovaadeh) – Familie
22. **مادر** (maadar) – Moeder
23. **پدر** (pedar) – Vader
24. **برادر** (baraadar) – Broer
25. **خواهر** (khaahar) – Zus
26. **دوست** (doost) – Vriend
27. **همسر** (hamsar) – Echtgenoot/Echtgenote
28. **پسر** (pesar) – Zoon
29. **دختر** (dokhtar) – Dochter
30. **بچه** (bacheh) – Kind

Het kennen van deze woorden maakt het gemakkelijker om over je familie en relaties te praten, wat een veelvoorkomend gespreksonderwerp is.

Tijd en datum

31. **روز** (rooz) – Dag
32. **شب** (shab) – Nacht
33. **هفته** (hafteh) – Week
34. **ماه** (maah) – Maand
35. **سال** (saal) – Jaar
36. **امروز** (emrooz) – Vandaag
37. **فردا** (fardaa) – Morgen
38. **دیروز** (dirooz) – Gisteren
39. **ساعت** (saa’at) – Uur
40. **دقیقه** (daghigheh) – Minuut

Deze woorden helpen je om de tijd en datums te begrijpen en te communiceren, wat essentieel is voor het maken van afspraken en plannen.

Activiteiten en werkwoorden

41. **خوردن** (khordan) – Eten
42. **نوشیدن** (nooshidan) – Drinken
43. **رفتن** (raftan) – Gaan
44. **آمدن** (aamadan) – Komen
45. **دیدن** (didan) – Zien
46. **گفتن** (goftan) – Zeggen
47. **شنیدن** (shenidan) – Horen
48. **خواندن** (khaandan) – Lezen
49. **نوشتن** (neveshtan) – Schrijven
50. **دویدن** (davidan) – Rennen

Deze werkwoorden zijn cruciaal voor het beschrijven van dagelijkse activiteiten en het voeren van gesprekken over wat je hebt gedaan of van plan bent te doen.

Samenvatting

Het leren van deze 50 essentiële woorden zal je een stevige basis geven voor het bereiken van een B1-niveau in het Perzisch. Vergeet niet om regelmatig te oefenen en deze woorden in je dagelijkse gesprekken te gebruiken. Door jezelf onder te dompelen in de taal en actief te luisteren en te spreken, zul je merken dat je woordenschat en taalvaardigheden snel verbeteren. Veel succes met je studie en geniet van het leren van deze prachtige taal!