Het leren van een nieuwe taal kan een uitdaging zijn, maar het beheersen van de basiswoorden is een belangrijke eerste stap. Als je Maleis op A2-niveau leert, zijn er bepaalde woorden die je absoluut moet kennen om effectief te kunnen communiceren. In dit artikel bespreken we 50 essentiële Maleise woorden die je zullen helpen om je taalvaardigheden te verbeteren en je zelfverzekerder te voelen in gesprekken.

Basiswoorden en Zinnen

1. **Selamat** – Dit betekent “hallo” of “goed” en kan in verschillende contexten worden gebruikt, zoals “Selamat pagi” (goedemorgen).

2. **Apa khabar?** – Een veelgebruikte begroeting die “hoe gaat het?” betekent.

3. **Terima kasih** – Dit betekent “dank je wel”. Een beleefdheid die je vaak zult gebruiken.

4. **Sama-sama** – De gebruikelijke reactie op “terima kasih”, wat “graag gedaan” betekent.

5. **Ya** – Dit betekent simpelweg “ja”.

6. **Tidak** – Het tegenovergestelde van “ja”, wat “nee” betekent.

7. **Tolong** – Dit betekent “alsjeblieft” of “help”.

8. **Maaf** – Dit betekent “sorry” of “excuseer”.

9. **Nama** – Dit betekent “naam”. Bijvoorbeeld, “Nama saya…” betekent “Mijn naam is…”.

10. **Tinggal** – Dit betekent “wonen”. Bijvoorbeeld, “Saya tinggal di…” betekent “Ik woon in…”.

Getallen

11. **Satu** – Dit betekent “één”.

12. **Dua** – Dit betekent “twee”.

13. **Tiga** – Dit betekent “drie”.

14. **Empat** – Dit betekent “vier”.

15. **Lima** – Dit betekent “vijf”.

16. **Enam** – Dit betekent “zes”.

17. **Tujuh** – Dit betekent “zeven”.

18. **Lapan** – Dit betekent “acht”.

19. **Sembilan** – Dit betekent “negen”.

20. **Sepuluh** – Dit betekent “tien”.

Dagelijkse Activiteiten

21. **Makan** – Dit betekent “eten”. Bijvoorbeeld, “Saya makan nasi” betekent “Ik eet rijst”.

22. **Minum** – Dit betekent “drinken”. Bijvoorbeeld, “Saya minum air” betekent “Ik drink water”.

23. **Tidur** – Dit betekent “slapen”. Bijvoorbeeld, “Saya tidur” betekent “Ik slaap”.

24. **Bekerja** – Dit betekent “werken”. Bijvoorbeeld, “Saya bekerja di…” betekent “Ik werk bij…”.

25. **Belajar** – Dit betekent “studeren” of “leren”. Bijvoorbeeld, “Saya belajar bahasa Melayu” betekent “Ik leer de Maleise taal”.

26. **Berjalan** – Dit betekent “lopen”.

27. **Berenang** – Dit betekent “zwemmen”.

28. **Membaca** – Dit betekent “lezen”.

29. **Menulis** – Dit betekent “schrijven”.

30. **Mendengar** – Dit betekent “luisteren”.

Familie en Relaties

31. **Keluarga** – Dit betekent “familie”.

32. **Ibu** – Dit betekent “moeder”.

33. **Bapa** – Dit betekent “vader”.

34. **Anak** – Dit betekent “kind”. Bijvoorbeeld, “Anak lelaki” betekent “zoon” en “Anak perempuan” betekent “dochter”.

35. **Adik** – Dit betekent “broer” of “zus”, afhankelijk van de context.

36. **Kakak** – Dit betekent “oudere zus”.

37. **Abang** – Dit betekent “oudere broer”.

38. **Suami** – Dit betekent “echtgenoot”.

39. **Isteri** – Dit betekent “echtgenote”.

40. **Kawan** – Dit betekent “vriend”.

Locaties en Richtingen

41. **Rumah** – Dit betekent “huis”.

42. **Sekolah** – Dit betekent “school”.

43. **Pasar** – Dit betekent “markt”.

44. **Kedai** – Dit betekent “winkel”.

45. **Jalan** – Dit betekent “straat”.

46. **Kiri** – Dit betekent “links”.

47. **Kanan** – Dit betekent “rechts”.

48. **Depan** – Dit betekent “voor”.

49. **Belakang** – Dit betekent “achter”.

50. **Sini** – Dit betekent “hier”.

Conclusie

Het leren van deze 50 essentiële Maleise woorden zal je helpen om een stevige basis te leggen in je taalstudie. Ze zijn niet alleen nuttig voor dagelijkse gesprekken, maar ook voor het begrijpen van de cultuur en de mensen om je heen. Oefen regelmatig en probeer deze woorden in verschillende zinnen te gebruiken om je zelfvertrouwen en vaardigheid in het Maleis te vergroten. Veel succes met je taalreis!