Engels is een van de meest gesproken talen ter wereld en het beheersen van de taal op een B2-niveau kan veel deuren voor u openen, zowel professioneel als persoonlijk. Het B2-niveau, ook wel het “Vantage” of “Upper-Intermediate” niveau genoemd, vereist dat u in staat bent om effectieve argumenten op te bouwen, complexe teksten te begrijpen, en in een breed scala aan situaties te communiceren. Om u te helpen uw Engelse woordenschat uit te breiden en uw taalvaardigheden te verbeteren, hebben we een lijst samengesteld van 50 essentiële woorden die u moet kennen voor Engels op B2-niveau.
1. Abundant
Het woord abundant betekent overvloedig of in grote hoeveelheden aanwezig. Het is belangrijk om dit woord te kennen, vooral bij het beschrijven van situaties waar iets in overvloed aanwezig is.
Voorbeeld: “The forest is abundant with wildlife.”
2. Accomplish
Accomplish betekent iets succesvol voltooien of bereiken. Dit woord wordt vaak gebruikt in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “She was able to accomplish all her goals for the year.”
3. Accurate
Het woord accurate betekent nauwkeurig of precies. Dit is een belangrijk woord in zowel wetenschappelijke als dagelijkse contexten.
Voorbeeld: “The information provided was accurate.”
4. Acknowledge
Acknowledge betekent erkennen of bevestigen. Dit woord is nuttig in formele en informele gesprekken.
Voorbeeld: “He refused to acknowledge his mistake.”
5. Advocate
Een advocate is iemand die een bepaalde zaak of persoon steunt of verdedigt. Dit woord wordt vaak gebruikt in juridische en maatschappelijke contexten.
Voorbeeld: “She is an advocate for human rights.”
6. Ambiguous
Het woord ambiguous betekent dubbelzinnig of onduidelijk. Dit is een nuttig woord bij het beschrijven van situaties waarin iets niet duidelijk is.
Voorbeeld: “His answer was ambiguous and did not clarify the situation.”
7. Analyze
Analyze betekent iets grondig onderzoeken of evalueren. Dit woord is vooral belangrijk in academische en professionele contexten.
Voorbeeld: “We need to analyze the data before making a decision.”
8. Anticipate
Anticipate betekent verwachten of voorzien. Dit woord is nuttig bij het beschrijven van toekomstige gebeurtenissen of plannen.
Voorbeeld: “We anticipate that the project will be completed by next month.”
9. Appreciate
Het woord appreciate betekent waarderen of dankbaar zijn voor iets. Dit is een belangrijk woord in zowel persoonlijke als professionele situaties.
Voorbeeld: “I really appreciate your help.”
10. Appropriate
Appropriate betekent geschikt of passend. Dit woord is nuttig in verschillende contexten, van formeel tot informeel.
Voorbeeld: “Her attire was appropriate for the occasion.”
11. Assess
Assess betekent evalueren of beoordelen. Dit woord wordt vaak gebruikt in academische en professionele contexten.
Voorbeeld: “We need to assess the risks before proceeding.”
12. Assume
Het woord assume betekent aannemen of veronderstellen. Dit is een veelgebruikt woord in zowel dagelijkse als formele gesprekken.
Voorbeeld: “I assume you have completed the report.”
13. Aware
Aware betekent zich bewust zijn van iets. Dit is een belangrijk woord in allerlei contexten.
Voorbeeld: “Are you aware of the new regulations?”
14. Benefit
Een benefit is een voordeel of iets positiefs dat voortkomt uit een bepaalde situatie.
Voorbeeld: “One of the benefits of exercise is improved health.”
15. Challenge
Een challenge is een uitdaging of iets dat moeilijk te bereiken is. Dit woord is belangrijk in zowel persoonlijke als professionele contexten.
Voorbeeld: “The project was a real challenge, but we completed it successfully.”
16. Collaborate
Collaborate betekent samenwerken met anderen. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “We need to collaborate with other teams to complete the project.”
17. Comprehend
Het woord comprehend betekent begrijpen of bevatten. Dit is een belangrijk woord bij het leren van nieuwe informatie.
Voorbeeld: “It is essential to comprehend the instructions before starting.”
18. Conduct
Conduct betekent uitvoeren of leiden. Dit woord wordt vaak gebruikt in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “The scientist conducted an important experiment.”
19. Consequence
Een consequence is een gevolg of resultaat van een bepaalde actie. Dit woord is belangrijk in verschillende contexten.
Voorbeeld: “Every decision has a consequence.”
20. Consider
Consider betekent overwegen of nadenken over iets. Dit is een nuttig woord in zowel dagelijkse als formele gesprekken.
Voorbeeld: “Please consider my proposal.”
21. Consistent
Het woord consistent betekent consequent of stabiel. Dit is een belangrijk woord in allerlei contexten.
Voorbeeld: “Her work is always consistent and reliable.”
22. Contribute
Contribute betekent bijdragen aan iets. Dit woord is nuttig in zowel persoonlijke als professionele situaties.
Voorbeeld: “Everyone is encouraged to contribute to the discussion.”
23. Convince
Convince betekent iemand overtuigen van iets. Dit is een belangrijk woord in verschillende contexten.
Voorbeeld: “She managed to convince him to change his mind.”
24. Criteria
Criteria zijn de normen of voorwaarden waaraan iets moet voldoen. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “The criteria for the scholarship are very strict.”
25. Crucial
Het woord crucial betekent essentieel of van groot belang. Dit is een nuttig woord in allerlei contexten.
Voorbeeld: “It is crucial to meet the deadline.”
26. Demonstrate
Demonstrate betekent laten zien of aantonen. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “He was able to demonstrate his skills during the interview.”
27. Diverse
Het woord diverse betekent divers of gevarieerd. Dit is een belangrijk woord in verschillende contexten.
Voorbeeld: “The city is known for its diverse culture.”
28. Efficient
Efficient betekent efficiënt of doelmatig. Dit woord is nuttig in zowel persoonlijke als professionele situaties.
Voorbeeld: “The new system is more efficient than the old one.”
29. Emphasize
Emphasize betekent benadrukken of onderstrepen. Dit is een belangrijk woord in verschillende contexten.
Voorbeeld: “The teacher emphasized the importance of studying regularly.”
30. Enhance
Enhance betekent verbeteren of versterken. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “The new features will enhance the user experience.”
31. Essential
Het woord essential betekent essentieel of onmisbaar. Dit is een nuttig woord in allerlei contexten.
Voorbeeld: “It is essential to have a good understanding of the basics.”
32. Estimate
Estimate betekent schatten of een ruwe berekening maken. Dit woord is belangrijk in zowel dagelijkse als formele situaties.
Voorbeeld: “Can you estimate the cost of the project?”
33. Evaluate
Evaluate betekent evalueren of beoordelen. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “We need to evaluate the results before making a decision.”
34. Evidence
Evidence betekent bewijs of aanwijzing. Dit is een belangrijk woord in juridische en wetenschappelijke contexten.
Voorbeeld: “There is no evidence to support his claim.”
35. Expand
Expand betekent uitbreiden of groter maken. Dit woord is nuttig in zowel persoonlijke als professionele situaties.
Voorbeeld: “The company plans to expand its operations overseas.”
36. Expertise
Expertise betekent deskundigheid of specialistische kennis. Dit is een belangrijk woord in professionele contexten.
Voorbeeld: “Her expertise in marketing is widely recognized.”
37. Fundamental
Het woord fundamental betekent fundamenteel of basis. Dit is een nuttig woord in allerlei contexten.
Voorbeeld: “Understanding grammar is fundamental to learning a new language.”
38. Generate
Generate betekent genereren of voortbrengen. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “The new policy is expected to generate significant revenue.”
39. Hypothesis
Een hypothesis is een hypothese of veronderstelling die getest moet worden. Dit is een belangrijk woord in wetenschappelijke contexten.
Voorbeeld: “The scientist formulated a hypothesis based on the initial data.”
40. Implement
Implement betekent uitvoeren of in de praktijk brengen. Dit woord is nuttig in zowel persoonlijke als professionele situaties.
Voorbeeld: “The company decided to implement the new strategy immediately.”
41. Imply
Imply betekent suggereren of impliceren. Dit is een belangrijk woord in verschillende contexten.
Voorbeeld: “His tone seemed to imply that he was not satisfied.”
42. Insight
Het woord insight betekent inzicht of begrip. Dit is een nuttig woord in allerlei contexten.
Voorbeeld: “Her book provides deep insights into human behavior.”
43. Interpret
Interpret betekent interpreteren of uitleggen. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en academische contexten.
Voorbeeld: “How do you interpret this data?”
44. Justify
Justify betekent rechtvaardigen of verdedigen. Dit is een belangrijk woord in verschillende contexten.
Voorbeeld: “Can you justify your decision?”
45. Maintain
Maintain betekent onderhouden of behouden. Dit woord is nuttig in zowel persoonlijke als professionele situaties.
Voorbeeld: “It is important to maintain a healthy lifestyle.”
46. Negotiate
Negotiate betekent onderhandelen. Dit is een belangrijk woord in zakelijke contexten.
Voorbeeld: “The two companies are negotiating a deal.”
47. Obtain
Obtain betekent verkrijgen of bemachtigen. Dit woord is nuttig in zowel dagelijkse als formele situaties.
Voorbeeld: “You need to obtain permission before proceeding.”
48. Perceive
Perceive betekent waarnemen of opvatten. Dit is een belangrijk woord in verschillende contexten.
Voorbeeld: “How do you perceive this situation?”
49. Prioritize
Prioritize betekent prioriteiten stellen. Dit woord is vooral belangrijk in professionele en persoonlijke contexten.
Voorbeeld: “It is essential to prioritize your tasks to manage your time effectively.”
50. Recommend
Het woord recommend betekent aanbevelen of adviseren. Dit is een nuttig woord in allerlei contexten.
Voorbeeld: “Can you recommend a good restaurant?”
Door deze 50 woorden te leren en te gebruiken, zult u merken dat uw Engelse taalvaardigheid op B2-niveau aanzienlijk verbetert. Het kennen van deze woorden zal u helpen om effectiever te communiceren, complexere teksten te begrijpen en uw algehele vertrouwen in het Engels te vergroten. Blijf oefenen en blijf uw woordenschat uitbreiden om uw taalvaardigheden verder te verbeteren. Veel succes!