Als je Deens studeert en streeft naar een C2-niveau, dan is het belangrijk om een uitgebreide woordenschat te hebben. Het C2-niveau, ook bekend als het niveau van ‘meesterschap’, betekent dat je de taal vloeiend en precies kunt gebruiken in vrijwel elke situatie. Dit artikel helpt je om 50 essentiële Deense woorden te leren die je nodig hebt om je taalvaardigheden te verfijnen en je communicatie te verbeteren.
1. Anbefale
Dit werkwoord betekent ‘aanbevelen’. Het is een nuttig woord om te gebruiken wanneer je iemand iets wilt aanraden. Bijvoorbeeld: “Jeg vil anbefale denne restaurant.”
2. Bekymret
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘bezorgd’. Het is handig om je gevoelens of die van anderen uit te drukken. Bijvoorbeeld: “Hun var meget bekymret for eksamen.”
3. Betydning
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘betekenis’. Het is cruciaal voor diepere gesprekken. Bijvoorbeeld: “Hvad er betydningen af dette ord?”
4. Diskutere
Dit werkwoord betekent ‘discussiëren’. Het is essentieel voor debatten en diepgaande gesprekken. Bijvoorbeeld: “Lad os diskutere dette emne.”
5. Erfaring
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘ervaring’. Het is belangrijk bij het bespreken van je verleden en kwalificaties. Bijvoorbeeld: “Jeg har mange års erfaring inden for dette felt.”
6. Fastholde
Dit werkwoord betekent ‘vasthouden’ of ‘behouden’. Het kan zowel fysiek als figuurlijk gebruikt worden. Bijvoorbeeld: “Det er vigtigt at fastholde fokus.”
7. Forbedre
Dit werkwoord betekent ‘verbeteren’. Het is nuttig in verschillende contexten, zoals werk en persoonlijke ontwikkeling. Bijvoorbeeld: “Jeg vil gerne forbedre mine sprogfærdigheder.”
8. Forhold
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘relatie’ of ‘omstandigheden’. Het is veelzijdig en kan in verschillende contexten gebruikt worden. Bijvoorbeeld: “Vi har et godt forhold.”
9. Forskel
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘verschil’. Het is handig om vergelijkingen te maken. Bijvoorbeeld: “Hvad er forskellen mellem disse to?”
10. Forståelse
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘begrip’. Het is essentieel in communicatie en leren. Bijvoorbeeld: “Jeg har en god forståelse af grammatik.”
11. Fremragende
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘uitstekend’. Het is een geweldig woord om iets positiefs te beschrijven. Bijvoorbeeld: “Det var en fremragende præstation.”
12. Gennemføre
Dit werkwoord betekent ‘uitvoeren’ of ‘voltooien’. Het is handig in professionele contexten. Bijvoorbeeld: “Vi skal gennemføre projektet til tiden.”
13. Gensidig
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘wederzijds’. Het is belangrijk voor het beschrijven van relaties en overeenkomsten. Bijvoorbeeld: “Vi har en gensidig forståelse.”
14. Godkende
Dit werkwoord betekent ‘goedkeuren’. Het is cruciaal in formele situaties. Bijvoorbeeld: “Direktøren skal godkende planen.”
15. Henlede
Dit werkwoord betekent ‘aandacht vestigen op’. Het is nuttig in presentaties en discussies. Bijvoorbeeld: “Jeg vil gerne henlede opmærksomheden på dette punkt.”
16. Hensyn
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘overweging’. Het is belangrijk in besluitvormingsprocessen. Bijvoorbeeld: “Vi skal tage hensyn til alle faktorer.”
17. Håndtere
Dit werkwoord betekent ‘omgaan met’ of ‘behandelen’. Het is essentieel in stressvolle situaties. Bijvoorbeeld: “Hvordan håndterer du stress?”
18. Indsats
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘inspanning’. Het is belangrijk in werk en studie. Bijvoorbeeld: “Din indsats er værdsat.”
19. Indtryk
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘indruk’. Het is nuttig om je mening te geven. Bijvoorbeeld: “Hvad var dit første indtryk?”
20. Kendskab
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘kennis’. Het is essentieel voor het beschrijven van je vaardigheden. Bijvoorbeeld: “Jeg har et godt kendskab til IT.”
21. Kompleks
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘complex’. Het is belangrijk om ingewikkelde situaties te beschrijven. Bijvoorbeeld: “Dette er en kompleks problemstilling.”
22. Konsekvens
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘gevolg’. Het is essentieel in oorzaak-gevolg discussies. Bijvoorbeeld: “Hvad er konsekvensen af denne handling?”
23. Kursus
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘cursus’. Het is belangrijk in de context van onderwijs en training. Bijvoorbeeld: “Jeg deltager i et kursus i avanceret Deens.”
24. Løsning
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘oplossing’. Het is cruciaal bij het oplossen van problemen. Bijvoorbeeld: “Vi skal finde en løsning på dette problem.”
25. Målsætning
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘doelstelling’. Het is belangrijk in planning en doelstellingen. Bijvoorbeeld: “Hvad er din målsætning for dette projekt?”
26. Nøjagtig
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘nauwkeurig’. Het is essentieel in wetenschappelijke en technische contexten. Bijvoorbeeld: “Vi skal have nøjagtige data.”
27. Omfang
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘omvang’. Het is nuttig om de grootte of reikwijdte van iets te beschrijven. Bijvoorbeeld: “Hvad er omfanget af denne undersøgelse?”
28. Område
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘gebied’. Het is belangrijk voor geografische en thematische discussies. Bijvoorbeeld: “Dette område er kendt for sin skønhed.”
29. Opfattelse
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘perceptie’. Het is cruciaal in communicatie en psychologie. Bijvoorbeeld: “Hvad er din opfattelse af situationen?”
30. Overveje
Dit werkwoord betekent ‘overwegen’. Het is nuttig in besluitvormingsprocessen. Bijvoorbeeld: “Jeg vil overveje din forslag.”
31. Påvirkning
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘invloed’. Het is belangrijk om oorzaken en effecten te bespreken. Bijvoorbeeld: “Hvad er påvirkningen af denne ændring?”
32. Perspektiv
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘perspectief’. Het is essentieel om verschillende standpunten te begrijpen. Bijvoorbeeld: “Vi skal se det fra et andet perspektiv.”
33. Præcision
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘precisie’. Het is belangrijk in wetenschappelijke en technische contexten. Bijvoorbeeld: “Arbejdet kræver stor præcision.”
34. Prioritere
Dit werkwoord betekent ‘prioriteren’. Het is nuttig in tijdbeheer en planning. Bijvoorbeeld: “Vi skal prioritere vores opgaver.”
35. Problematik
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘problematiek’. Het is cruciaal voor het bespreken van complexe problemen. Bijvoorbeeld: “Denne problematik kræver en dybere analyse.”
36. Reflektere
Dit werkwoord betekent ‘reflecteren’. Het is belangrijk voor zelfevaluatie en leren. Bijvoorbeeld: “Jeg vil reflektere over mine handlinger.”
37. Relevans
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘relevantie’. Het is essentieel voor het beoordelen van informatie. Bijvoorbeeld: “Hvad er relevansen af disse data?”
38. Samarbejde
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘samenwerking’. Het is belangrijk in teamwerk en projecten. Bijvoorbeeld: “Godt samarbejde er nøglen til succes.”
39. Selvstændig
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘zelfstandig’. Het is nuttig om persoonlijke eigenschappen te beschrijven. Bijvoorbeeld: “Jeg er meget selvstændig i mit arbejde.”
40. Sikkerhed
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘veiligheid’. Het is belangrijk in vele contexten, zoals werk en reizen. Bijvoorbeeld: “Vi skal sikre sikkerheden for alle ansatte.”
41. Simpelthen
Dit bijwoord betekent ‘simpelweg’. Het is nuttig voor het benadrukken van eenvoud. Bijvoorbeeld: “Det er simpelthen ikke muligt.”
42. Strategi
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘strategie’. Het is cruciaal in zakelijke en militaire contexten. Bijvoorbeeld: “Hvad er vores strategi for næste år?”
43. Struktur
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘structuur’. Het is belangrijk voor het organiseren van informatie. Bijvoorbeeld: “En klar struktur er essentiel for en god rapport.”
44. Tilfreds
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ’tevreden’. Het is nuttig om tevredenheid uit te drukken. Bijvoorbeeld: “Jeg er meget tilfreds med resultaterne.”
45. Tilsvarende
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘overeenkomstig’. Het is belangrijk voor vergelijkingen. Bijvoorbeeld: “Vi har tilsvarende erfaringer.”
46. Udvikling
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘ontwikkeling’. Het is cruciaal in vele contexten, zoals technologie en persoonlijke groei. Bijvoorbeeld: “Teknologien har gennemgået en hurtig udvikling.”
47. Udfordring
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘uitdaging’. Het is belangrijk voor het bespreken van moeilijke situaties. Bijvoorbeeld: “Dette projekt er en stor udfordring.”
48. Undersøgelse
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘onderzoek’. Het is essentieel in academische en wetenschappelijke contexten. Bijvoorbeeld: “Vi gennemfører en omfattende undersøgelse.”
49. Væsentlig
Dit bijvoeglijk naamwoord betekent ‘wezenlijk’. Het is belangrijk voor het benadrukken van belangrijke punten. Bijvoorbeeld: “Dette er en væsentlig faktor.”
50. Økonomi
Dit zelfstandig naamwoord betekent ‘economie’. Het is cruciaal in zakelijke en politieke contexten. Bijvoorbeeld: “Landets økonomi er i vækst.”
Met deze 50 essentiële woorden ben je goed uitgerust om op een hoger niveau Deens te communiceren. Vergeet niet om deze woorden regelmatig te oefenen en in je dagelijkse gesprekken te integreren. Veel succes met je studie!