Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Voorzetsels van richtingoefeningen voor de Deense grammatica

In deze oefeningen oefenen we voorzetsels van richting in de Deense grammatica. Let goed op welk voorzetsel je moet gebruiken om aan te geven waar iemand naartoe gaat of beweegt. De hint helpt je het juiste voorzetsel te kiezen, zoals ‘naar’, ‘in’, ‘op’ of ‘langs’.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Voorzetsels van richting – Oefening 1

1. Han går *til* skolen. (Gebruik het voorzetsel voor “naar” als je zegt waar iemand naartoe gaat.)
2. Vi kører *mod* byen. (Gebruik het voorzetsel dat “in de richting van” betekent.)
3. Hun løber *ind i* huset. (Gebruik het voorzetsel voor “in” bij beweging naar binnen.)
4. De går *op* bjerget. (Gebruik het voorzetsel voor “op” bij beweging naar een hoger punt.)
5. Børnene cykler *langs* vejen. (Gebruik het voorzetsel voor “langs” bij beweging naast iets.)
6. Han rejser *til* Danmark. (Gebruik het voorzetsel voor “naar” bij landen en plaatsen.)
7. Vi går *ind i* parken. (Gebruik het voorzetsel voor “in” bij betreden van een plek.)
8. Hun går *over* broen. (Gebruik het voorzetsel voor “over” als je iets doorkruist.)
9. De kører *fra* stationen. (Gebruik het voorzetsel voor “van” bij vertrekpunt.)
10. Han hopper *ned fra* træet. (Gebruik het voorzetsel voor “naar beneden van” bij beweging omlaag.)

Voorzetsels van richting – Oefening 2

1. Jeg går *til* butikken. (Gebruik het voorzetsel voor “naar” bij bestemming.)
2. Hun springer *ind i* vandet. (Gebruik het voorzetsel voor “in” bij beweging naar binnen.)
3. Vi kører *gennem* tunnelen. (Gebruik het voorzetsel voor “door” bij doorgang.)
4. De går *op* bjerget for at se udsigten. (Gebruik het voorzetsel voor “op” bij klimmen.)
5. Han cykler *forbi* skolen. (Gebruik het voorzetsel voor “voorbij” als je iets passeert.)
6. Børnene løber *ned ad* bakken. (Gebruik het voorzetsel voor “naar beneden langs” bij afdaling.)
7. Vi går *mod* stranden. (Gebruik het voorzetsel voor “in de richting van” de zee.)
8. Hun går *over* vejen. (Gebruik het voorzetsel voor “over” bij oversteken.)
9. Han løber *fra* stationen til parken. (Gebruik het voorzetsel voor vertrekpunt.)
10. De hopper *op* scenen. (Gebruik het voorzetsel voor beweging naar boven, zoals op een podium.)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot