Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Voorzetsels van plaats Oefeningen voor Letse grammatica

In deze oefeningen oefen je met voorzetsels van plaats in het Nederlands. Voorzetsels van plaats geven aan waar iets zich bevindt, bijvoorbeeld: op, onder, naast, tussen, in. Lees de hint goed en vul het juiste voorzetsel in. Het juiste antwoord staat tussen sterretjes *…*.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Kies het juiste voorzetsel van plaats

1. De kat zit *op* de tafel. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets bovenop iets anders aangeeft)
2. De schoenen staan *onder* de kast. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets onder iets anders aangeeft)
3. De lamp hangt *boven* het bed. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets hoger dan iets anders aangeeft)
4. Het boek ligt *naast* de pen. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets naast iets anders aangeeft)
5. De vaas staat *tussen* de stoelen. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets in het midden van twee dingen aangeeft)
6. De vogel zit *in* de kooi. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets binnen iets anders aangeeft)
7. De auto staat *voor* het huis. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets aan de voorkant aangeeft)
8. De fiets staat *achter* de schuur. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets aan de achterkant aangeeft)
9. De bal rolt *langs* het hek. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets langs iets anders laat bewegen)
10. De jas hangt *aan* de kapstok. (Hint: gebruik het voorzetsel dat iets bevestigd aan iets anders aangeeft)

Oefening 2: Vul het juiste voorzetsel van plaats in

1. De sleutel ligt *op* de tafel. (Hint: iets ligt bovenop een vlak oppervlak)
2. Het schilderij hangt *aan* de muur. (Hint: iets is bevestigd aan een verticale ondergrond)
3. De hond ligt *onder* de stoel. (Hint: iets bevindt zich lager dan iets anders)
4. Het glas staat *naast* het bord. (Hint: iets staat direct naast iets anders)
5. De planten staan *in* de tuin. (Hint: iets bevindt zich binnen een gebied)
6. De klok hangt *boven* de deur. (Hint: iets hangt hoger dan iets anders)
7. De post ligt *tussen* de boeken. (Hint: iets staat in het midden van meerdere dingen)
8. De auto parkeert *voor* het gebouw. (Hint: iets staat aan de voorkant van iets anders)
9. De fiets staat *achter* de boom. (Hint: iets bevindt zich aan de achterkant van iets anders)
10. Het briefje hangt *aan* het prikbord. (Hint: iets is bevestigd op een oppervlak)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot