Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Voorzetsels van bewegingsoefeningen voor Kannada-grammatica

Deze oefeningen helpen je om de juiste voorzetsels van beweging in het Kannada te oefenen. Voorzetsels van beweging geven aan hoe iets beweegt ten opzichte van een plaats, zoals ‘naar’, ‘van’, ‘langs’, of ‘over’. Gebruik de hints om het juiste voorzetsel te kiezen dat past bij de beweging in de zin.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Voorzetsels van beweging – Oefening 1

1. Hij liep *naar* de winkel. (Hint: Dit voorzetsel gebruik je als je beweegt in de richting van een plaats.)
2. Zij kwam *van* school terug. (Hint: Gebruik dit voorzetsel als je beweegt vanuit een plaats weg.)
3. De kat sprong *op* de tafel. (Hint: Dit voorzetsel gebruik je als iets omhoog beweegt naar een oppervlak.)
4. Wij fietsten *langs* het meer. (Hint: Dit voorzetsel gebruik je als je iets volgt aan de zijkant van iets anders.)
5. De vogel vloog *over* het huis. (Hint: Gebruik dit voorzetsel als iets boven iets anders beweegt.)
6. Hij rende *door* het park. (Hint: Dit voorzetsel gebruik je als je binnen een gebied beweegt van de ene naar de andere kant.)
7. Zij klom *in* de boom. (Hint: Dit voorzetsel gebruik je als je naar binnen of omhoog gaat, bijvoorbeeld in een object.)
8. De hond liep *uit* het huis. (Hint: Dit voorzetsel gebruik je als je naar buiten gaat van een plek.)
9. Wij reden *tot* aan het einde van de straat. (Hint: Dit voorzetsel geeft het eindpunt van een beweging aan.)
10. Het kind sprong *van* de stoep. (Hint: Gebruik dit voorzetsel als iets omlaag springt vanaf een hoger punt.)

Voorzetsels van beweging – Oefening 2

1. De man liep *naar* het station. (Hint: Bewegingsrichting naar een locatie.)
2. Zij kwam net *van* de markt. (Hint: Bewegingsrichting weg van een locatie.)
3. Het meisje sprong *op* het bed. (Hint: Beweging naar boven op een oppervlak.)
4. De auto reed *langs* de rivier. (Hint: Beweging naast iets.)
5. De ballon zweefde *over* het veld. (Hint: Beweging hoger dan iets anders.)
6. Wij liepen *door* de straat. (Hint: Beweging binnen een gebied van begin tot eind.)
7. Hij ging *in* de kamer. (Hint: Beweging naar binnen.)
8. De vogel vloog *uit* het bos. (Hint: Beweging naar buiten van een gebied.)
9. Zij fietsten *tot* aan de brug. (Hint: Eindpunt van een beweging.)
10. De kat sprong *van* de muur. (Hint: Beweging omlaag van een hoger punt.)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot