Voorzetsels zijn belangrijke elementen van de Engelse taal die ons helpen de relaties tussen zelfstandige naamwoorden, voornaamwoorden en andere woorden in een zin te begrijpen. Ze geven vaak locatie, richting, tijd of andere soortgelijke begrippen aan. Als taalspecialist is het essentieel om oefeningen te maken waarmee leerlingen het gebruik van voorzetsels in de context kunnen oefenen. In dit document vindt u drie verschillende oefeningen om uw kennis van voorzetsels in de Engelse grammatica te testen. Elke oefening bestaat uit 10 invulzinnen waarin verschillende aspecten van voorzetsels aan bod komen. Om u op weg te helpen, wordt voor elke zin een hint gegeven. Veel succes, en veel plezier met leren!