Oefening 1: Perfectum vormen herkennen
2. Zij *akalt* (at) het eten al. Hint: Voltooide handeling in het verleden.
3. Wij *darasna* (studeerden) voor de toets. Hint: Handeling is afgerond in het verleden.
4. Jullie *fahimtum* (begrijpten) de les goed. Hint: Enkelvoudige verleden tijd.
5. Ik *sharibtu* (dronk) water na het sporten. Hint: Voltooide actie in het verleden.
6. De kinderen *lʿibū* (speelden) buiten. Hint: Perfectumvorm van spelen.
7. De leraar *ʿallama* (leerde) de grammatica. Hint: Voltooide handeling.
8. Zij (vrouwelijk) *katabat* (schreef) een brief. Hint: Perfectum vrouwelijk enkelvoud.
9. Wij *samiʿnā* (hoorden) het nieuws. Hint: Voltooide actie in het verleden.
10. Jij (mannelijk) *qaraʾta* (las) een artikel. Hint: Perfectum enkelvoud mannelijk.
Oefening 2: Plusquamperfectum vormen gebruiken
2. Zij *kānat akalat* (had gegeten) voordat ze naar school ging. Hint: Plusquamperfectum vrouwelijk.
3. Wij *kunnā darasnā* (hadden gestudeerd) voordat de les begon. Hint: Plusquamperfectum eerste persoon meervoud.
4. Jullie *kuntum fahimtum* (hadden begrepen) de uitleg al. Hint: Plusquamperfectum tweede persoon meervoud.
5. Ik *kuntu sharibtu* (had gedronken) water voor de training. Hint: Plusquamperfectum eerste persoon enkelvoud.
6. De kinderen *kānū lʿibū* (hadden gespeeld) buiten voordat het regende. Hint: Plusquamperfectum meervoud.
7. De leraar *kāna ʿallama* (had geleerd) de nieuwe regels eerder. Hint: Plusquamperfectum enkelvoud mannelijk.
8. Zij (vrouwelijk) *kānat katabat* (had geschreven) een brief voor de vergadering. Hint: Plusquamperfectum vrouwelijk enkelvoud.
9. Wij *kunnā samiʿnā* (hadden gehoord) het nieuws al voordat jij kwam. Hint: Plusquamperfectum eerste persoon meervoud.
10. Jij (mannelijk) *kunta qaraʾta* (had gelezen) het artikel toen ik belde. Hint: Plusquamperfectum tweede persoon enkelvoud mannelijk.