Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Start learning

Temps Oefeningen voor Franse grammatica


Exercise 1: Le présent de l’indicatif (De tegenwoordige tijd)


Als het aankomt op het leren van een nieuwe taal, is kennis van de grammatica essentieel. In dit artikel richten we ons op een specifiek onderdeel van de Franse grammatica: de tijden, ofwel ’temps’. Het correct gebruiken van tijden is belangrijk voor het beschrijven van acties en situaties in het verleden, het heden en de toekomst.

Online engagement with grammar exercises for English 

The most efficient way to learn a language

Try Talkpal for free

Dit artikel biedt oefeningen die specifiek zijn ontworpen om je te helpen de Franse tijden onder de knie te krijgen. Elke oefening bevat verschillende zinnen waarin je het juiste werkwoord in de correcte tijd moet invullen. Door deze praktijkgerichte oefeningen te voltooien, zal je begrip van de Franse tijden verbeteren en je taalvaardigheid toenemen.

Exercise 1: Le présent de l’indicatif (De tegenwoordige tijd)

Je (jouer) *speel* (verbe) au tennis chaque weekend.

Elle (avoir) *heeft* (verbe) une jolie robe bleue.

Nous (être) *zijn* (verbe) contents de vous voir.

Vous (faire) *doet* (verbe) toujours vos devoirs le soir.

Ils (pouvoir) *kunnen* (verbe) venir demain.

Tu (aller) *gaat* (verbe) à l’école à pied?

Les enfants (aimer) *houden van* (verbe) jouer dans le parc.

Le train (partir) *vertrekt* (verbe) à huit heures.

Ce livre (coûter) *kost* (verbe) vingt euros.

Je (prendre) *neem* (verbe) le bus pour aller au travail.

Elle (vouloir) *wil* (verbe) une glace au chocolat.

On (devoir) *moeten* (verbe) terminer ce projet avant vendredi.

Ils (savoir) *weten* (verbe) la vérité.

Nous (penser) *denken* (verbe) à visiter Paris cet été.

Tu (finir) *eindigt* (verbe) ton travail avant de jouer?

Exercise 2: Le passé composé (De voltooide tijd)

J’ai (manger) *gegeten* (verbe) une pizza hier soir.

Tu as (envoyer) *verstuurd* (verbe) le colis ce matin?

Elle a (être) *geweest* (verbe) en France l’année dernière.

Nous avons (avoir) *gehad* (verbe) beaucoup de devoirs cette semaine.

Vous avez (découvrir) *ontdekt* (verbe) un nouveau restaurant?

Ils ont (pouvoir) *gekund* (verbe) finir le projet à temps.

Je suis (aller) *gegaan* (verbe) au cinéma vendredi dernier.

Tu es (venir) *gekomen* (verbe) à la fête sans moi?

Elle est (rester) *gebleven* (verbe) à la maison toute la journée.

Nous sommes (être) *geweest* (verbe) heureux de la voir.

Vous êtes (partir) *vertrokken* (verbe) tôt ce matin.

Le chat a (grimper) *geklommen* (verbe) sur le toit.

Elle a (prendre) *genomen* (verbe) sa décision rapidement.

Nous avons (savoir) *geweten* (verbe) comment réagir.

Ils ont (finir) *geëindigd* (verbe) leurs exercices en avance.

Download talkpal app
Learn anywhere anytime

Talkpal is an AI-powered language tutor. It’s the most efficient way to learn a language. Chat about an unlimited amount of interesting topics either by writing or speaking while receiving messages with realistic voice.

QR Code
App Store Google Play
Get in touch with us

Talkpal is a GPT-powered AI language teacher. Boost your speaking, listening, writing, and pronunciation skills – Learn 5x Faster!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Languages

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot