Vragen stellen in het Engels is een essentieel onderdeel van de taalbeheersing. Of je nu een beginner bent of je vaardigheden wilt aanscherpen, het oefenen van het correct vormen en gebruiken van vragen kan je helpen om vloeiender en vertrouwder te worden in dagelijkse gesprekssituaties.
Deze oefeningen zijn speciaal ontworpen om je te helpen met het stellen van vragen in het Engels. Je leert hier hoe je vragen correct moet opbouwen, en we behandelen verschillende vraagstructuren, waaronder ja/nee-vragen, vraagwoorden, en indirecte vragen. Laten we beginnen met het versterken van je vraagvaardigheden!
Oefening 1: Ja/Nee-vragen
*Is* (verb) she coming to the party tonight?
Did they *already* (adverb) leave the office?
Can you *tell* (verb) me the time, please?
Are you *thinking* (verb) of buying a new car?
Should we *start* (verb) without them?
Has the meeting *been* (verb) rescheduled?
*Do* (auxiliary) you know where my phone is?
May I *have* (verb) some water, please?
*Will* (auxiliary) there be any snacks at the event?
Could you *possibly* (adverb) lend me a pen?
Would he *prefer* (verb) tea or coffee in the morning?
Have you ever *visited* (verb) Paris?
Might we *expect* (verb) some delays during the trip?
Were they *excited* (adjective) about the news?
Does your brother *speak* (verb) any foreign languages?
Oefening 2: Vraagwoorden
*What* (question word) time is the meeting supposed to start?
Who *was* (past tense verb) that man I saw you with last night?
*Where* (question word) did you buy those amazing shoes?
How *old* (adjective) are you turning this year?
Why *are* (auxiliary) we stopping here?
Which color *do* (auxiliary) you prefer, red or blue?
*When* (question word) do the summer sales begin?
Whose notebook *is* (verb) this on the desk?
How many times *have* (auxiliary) you visited New York?
What kind of music *does* (auxiliary) she like?
How much *is* (verb) this dress on sale for?
Why *did* (past tense auxiliary) he react so angrily?
*Whom* (question word) did you invite to your birthday?
How often *do* (auxiliary) you go to the gym?
Where *should* (modal verb) we meet for dinner?
