Pronombres interrogativos Oefeningen voor Spaanse grammatica


Oefening 1: Kies het juiste vraagwoord


Vragen stellen in een andere taal is een essentiële vaardigheid. In het Spaans is het gebruik van de juiste vraagwoorden belangrijk om precies te communiceren wat je wilt weten. De Spaanse interrogatieve voornaamwoorden, ofwel ‘pronombres interrogativos’, zijn essentieel om vragen te vormen.

Enjoy the art of learning language with grammar

The most efficient way to learn a language

Try Talkpal for free

Deze oefeningen zijn bedoeld om je kennis van de Spaanse pronombres interrogativos te testen en te verbeteren. Je zult zinnen zien waar een vraagwoord ontbreekt. Kies uit de context het juiste vraagwoord en vul de lege plekken in. Correct gebruik van deze vraagwoorden zal je helpen om effectiever te communiceren in het Spaans.

*¿Qué* (wat) libro te gusta más?

*¿Quién* (wie) es tu profesor de español?

*¿Cuándo* (wanneer) vamos a la playa?

*¿Dónde* (waar) está la estación de tren?

*¿Por qué* (waarom) estudias español?

*¿Cuántos* (hoeveel) años tienes?

*¿Cuál* (welke) de estos pasteles prefieres?

*¿Cómo* (hoe) se llama este plato?

*¿Adónde* (waarnaartoe) vas este fin de semana?

*¿De dónde* (waarvandaan) eres?

*¿A quién* (aan wie) le prestaste el libro?

*¿Qué* (wat) hora es?

*¿Con quién* (met wie) fuiste al cine?

*¿Cuántas* (hoeveel) personas hay en tu familia?

*¿Cuál* (welke) es tu número de teléfono?

Oefening 2: Vul in met het juiste vraagwoord

¿*Qué* (wat) estás haciendo ahora?

¿*Con quién* (met wie) hablas por teléfono?

¿*A dónde* (naar waar) piensas ir durante las vacaciones?

¿*Cuántos* (hoeveel) idiomas puedes hablar?

¿*Cómo* (hoe) se escribe tu apellido?

¿*Cuál* (welk) es tu comida favorita?

¿*Cuándo* (wanneer) naciste?

¿*Por qué* (waarom) es importante aprender otros idiomas?

¿*Qué* (welke) deporte prefieres practicar?

¿*Dónde* (waar) compraste esa camisa?

¿*A quién* (aan wie) lees esos cuentos?

¿*Quién* (wie) te enseñó a montar en bicicleta?

¿*Cuál* (welke) es la capital de Francia?

¿*De dónde* (waarvandaan) sacaste esa información?

¿*Cuánto* (hoeveel) cuesta este sombrero?

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller