1. यह किताब *पढ़ी* जाती है। (Hint: Gebruik de passieve vorm van ‘पढ़ना’ in de tegenwoordige tijd)
2. वह खाना *खाया* जाता है। (Hint: Passieve vorm van ‘खाना’ in tegenwoordige tijd)
3. दरवाजा *खोला* जाता है। (Hint: Passieve vorm van ‘खोलना’ in tegenwoordige tijd)
4. ये फूल *बिगड़े* जाते हैं। (Hint: Passieve vorm van ‘बिगड़ना’ in tegenwoordige tijd, meervoud)
5. वह पत्र *लिखा* जाता है। (Hint: Passieve vorm van ‘लिखना’ in tegenwoordige tijd)
6. सब्ज़ी *बिकती* है। (Hint: Passieve vorm van ‘बेचना’ in tegenwoordige tijd)
7. पानी *पिया* जाता है। (Hint: Passieve vorm van ‘पीना’ in tegenwoordige tijd)
8. काम *किया* जाता है। (Hint: Passieve vorm van ‘करना’ in tegenwoordige tijd)
9. गाना *गाया* जाता है। (Hint: Passieve vorm van ‘गाना’ in tegenwoordige tijd)
10. कपड़े *धोए* जाते हैं। (Hint: Passieve vorm van ‘धोना’ in tegenwoordige tijd, meervoud)

1. वह घर *बनाया* गया था। (Hint: Passieve vorm van ‘बनाना’ in verleden tijd)
2. खाना *खाया* गया था। (Hint: Passieve vorm van ‘खाना’ in verleden tijd)
3. पत्र *लिखा* गया था। (Hint: Passieve vorm van ‘लिखना’ in verleden tijd)
4. फिल्म *देखी* गई थी। (Hint: Passieve vorm van ‘देखना’ in verleden tijd)
5. यह काम *किया* गया था। (Hint: Passieve vorm van ‘करना’ in verleden tijd)
6. गाना *गाया* गया था। (Hint: Passieve vorm van ‘गाना’ in verleden tijd)
7. दरवाजा *खोला* गया था। (Hint: Passieve vorm van ‘खोलना’ in verleden tijd)
8. फूल *तोड़े* गए थे। (Hint: Passieve vorm van ‘तोड़ना’ in verleden tijd, meervoud)
9. कपड़े *धोए* गए थे। (Hint: Passieve vorm van ‘धोना’ in verleden tijd, meervoud)
10. पानी *पिया* गया था। (Hint: Passieve vorm van ‘पीना’ in verleden tijd)