Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen met voorzetsels van bezit voor Thaise grammatica

In deze oefeningen leer je hoe je voorzetsels van bezit in de Thaise grammatica correct gebruikt. Let goed op welke voorzetsels je kiest, want ze geven aan wie iets bezit of waar iets van is. De hint helpt je de juiste keuze te maken.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Voorzetsels van bezit met ‘van’ (ของ)

1. Dit is het boek *van* mijn vriend. (Hint: gebruik het voorzetsel dat bezit aangeeft in het Thais, zoals ‘ของ’)
2. De tas *van* de leraar is nieuw. (Hint: bezit aangeven met hetzelfde voorzetsel als in zin 1)
3. Het huis *van* mijn ouders is groot. (Hint: gebruik het Thaise voorzetsel voor bezit)
4. De kleur *van* de auto is rood. (Hint: bezit aanduiden met ‘van’ in het Thais)
5. Dit is de pen *van* mijn zus. (Hint: gebruik ‘ของ’ als voorzetsel van bezit)
6. Het eten *van* de kat is in de keuken. (Hint: bezit uitdrukken met ‘van’ in het Thais)
7. De schoenen *van* de jongen zijn oud. (Hint: kies het juiste voorzetsel voor bezit)
8. De naam *van* het restaurant is bekend. (Hint: gebruik het Thaise voorzetsel voor ‘van’)
9. Het geluid *van* de klok is luid. (Hint: bezit aanduiden met het correcte voorzetsel)
10. De stoel *van* de directeur staat naast het raam. (Hint: hetzelfde voorzetsel als in eerdere zinnen)

Oefening 2: Voorzetsels van bezit met ‘voor’ (สำหรับ)

1. Dit cadeau is *voor* mijn moeder. (Hint: gebruik het Thaise voorzetsel dat ‘voor’ betekent, zoals ‘สำหรับ’)
2. De brief is *voor* de leraar. (Hint: bezit of bestemming aangeven met ‘voor’)
3. Deze bloemen zijn *voor* jou. (Hint: gebruik het juiste voorzetsel om bestemming aan te geven)
4. Het boek is *voor* de studenten. (Hint: gebruik ‘voor’ in het Thais)
5. De koekjes zijn *voor* de kinderen. (Hint: zoals in zin 1, gebruik het voorzetsel dat ‘voor’ betekent)
6. Dit bericht is *voor* de directeur. (Hint: bestemming aangeven met het juiste voorzetsel)
7. Het water is *voor* de planten. (Hint: gebruik het Thaise voorzetsel voor ‘voor’)
8. De kaart is *voor* mijn vriend. (Hint: hetzelfde voorzetsel als in eerdere zinnen)
9. De stoel is *voor* de gast. (Hint: gebruik het voorzetsel dat ‘voor’ betekent)
10. Deze uitnodiging is *voor* jou. (Hint: gebruik het Thaise voorzetsel dat ‘voor’ aanduidt)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot