1. *有人*在门口等你。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iemand” als onderwerp.)
2. 这里没有*什么*特别的东西。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iets” in ontkennende zin.)
3. *每个人*都喜欢节日。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iedereen” als onderwerp.)
4. *没人*知道答案。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “niemand” in ontkennende zin.)
5. *有人*打电话给你。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iemand” als onderwerp.)
6. 你看见*什么*了吗？(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iets” in een vraag.)
7. *任何人*都可以参加比赛。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iedereen” of “wie dan ook”.)
8. 会议上没有*谁*发言。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “niemand” als onderwerp.)
9. 我听到*有人*在唱歌。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iemand”.)
10. 我们找不到*什么*线索。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iets” in ontkennende zin.)

1. 你可以问*任何人*。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iedereen” of “wie dan ook” als lijdend voorwerp.)
2. 我想买*一些*水果。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “enige” of “wat” als hoeveelheid.)
3. *没人*愿意帮忙。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “niemand” in ontkennende zin.)
4. 她给了我*某些*建议。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “bepaalde” of “enkele”.)
5. 他在找*什么*东西。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iets” als lijdend voorwerp.)
6. 你认识*某个人*吗？(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iemand” in een vraag.)
7. 大家都喜欢*某些*地方。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “sommige” of “bepaalde”.)
8. 我没有看到*任何*错误。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “enige” in ontkennende zin.)
9. *有人*敲门了。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “iemand” als onderwerp.)
10. 你需要带*一些*水。(Hint: Gebruik het onbepaalde voornaamwoord voor “enige hoeveelheid”.)