Oefening 1: Nul lidwoorden bij algemene begrippen
2. Ela gosta de comer *mazá* pola mañá. (Hint: fruitsoorten zonder lidwoord)
3. Nós bebemos *auga* todos os días. (Hint: stoffen en vloeistoffen zonder lidwoord)
4. O neno ten medo de *escuro*. (Hint: abstracte begrippen zonder lidwoord)
5. Traballo en *biblioteca* desde hai un ano. (Hint: geen lidwoord bij plaatsen in algemeen)
6. Ela fala *galego* con fluidez. (Hint: talen zonder lidwoord)
7. Gustaríame aprender *matemáticas*. (Hint: schoolvakken zonder lidwoord)
8. Sempre leo *periódicos* pola mañá. (Hint: meervoud zonder lidwoord bij algemene termen)
9. O can dorme en *solo* da casa. (Hint: plaatsen zonder lidwoord)
10. Eles xogan *fútbol* no parque. (Hint: sporten zonder lidwoord)
Oefening 2: Nul lidwoorden bij onbepaalde hoeveelheden en namen
2. Bebo *leite* todas as mañás. (Hint: dranken zonder lidwoord)
3. Quere *auga* para beber. (Hint: vloeistoffen zonder lidwoord)
4. Hai *xente* na praza. (Hint: onbepaalde hoeveelheid mensen zonder lidwoord)
5. Vimos *árbores* no parque. (Hint: meervoud zonder lidwoord bij natuur)
6. Ela leva *roupa* nova. (Hint: onbepaalde hoeveelheid kleding zonder lidwoord)
7. Ten *dólar* na carteira. (Hint: valuta zonder lidwoord)
8. Uso *teléfono* para falar. (Hint: algemene voorwerpen zonder lidwoord)
9. No verán, hai moita *chuvia*. (Hint: onbepaalde hoeveelheid natuurverschijnselen zonder lidwoord)
10. Compraron *flores* para a festa. (Hint: meervoudige onbepaalde hoeveelheid zonder lidwoord)