Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen met intransitieve werkwoorden voor Griekse grammatica

In deze oefeningen werken we met intransitieve werkwoorden in het Grieks. Intransitieve werkwoorden zijn werkwoorden die geen lijdend voorwerp nodig hebben om de betekenis compleet te maken. Ze beschrijven vaak beweging, toestand of verandering zonder dat er iets of iemand anders direct wordt beïnvloed. Let goed op de context en de tijdsvorm om het juiste werkwoord te kiezen.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Intransitieve werkwoorden in de tegenwoordige tijd

1. Zij *loopt* elke ochtend naar school. (Let op: intransitief werkwoord dat beweging uitdrukt)
2. De vogel *vliegt* hoog in de lucht. (Hint: werkwoord dat beweging zonder lijdend voorwerp beschrijft)
3. Hij *zit* rustig op de stoel. (Let op: werkwoord dat een toestand uitdrukt)
4. Wij *rennen* in het park. (Hint: intransitief werkwoord voor snelle beweging)
5. De baby *slaapt* diep. (Let op: intransitief werkwoord dat een toestand beschrijft)
6. De bloemen *groeien* in de tuin. (Hint: werkwoord dat verandering zonder lijdend voorwerp uitdrukt)
7. Jij *blijft* vandaag thuis. (Let op: werkwoord dat een plaatsverandering uitdrukt)
8. De hond *blaft* naar de postbode. (Hint: intransitief werkwoord dat geluid maakt)
9. Wij *wachten* op de bus. (Let op: werkwoord dat geen direct object nodig heeft)
10. Zij *dansen* op het feest. (Hint: werkwoord dat beweging zonder lijdend voorwerp beschrijft)

Oefening 2: Intransitieve werkwoorden in de verleden tijd

1. Gisteren *liep* hij naar de markt. (Let op: verleden tijd van een intransitief werkwoord van beweging)
2. De kat *sprong* van het raam. (Hint: verleden tijd van een intransitief werkwoord dat beweging uitdrukt)
3. Wij *bleven* lang op het feest. (Let op: verleden tijd van een werkwoord dat een toestand of plaatsverandering uitdrukt)
4. Ik *sliep* goed vannacht. (Hint: verleden tijd van intransitief werkwoord dat een toestand uitdrukt)
5. De kinderen *renden* naar huis. (Let op: verleden tijd van snel bewegen zonder lijdend voorwerp)
6. Het water *stroomde* snel in de rivier. (Hint: werkwoord dat beweging zonder direct object beschrijft)
7. Jij *wachtte* op de trein. (Let op: verleden tijd van een intransitief werkwoord)
8. Zij *groeide* snel afgelopen jaar. (Hint: verleden tijd van een intransitief werkwoord dat verandering uitdrukt)
9. De boom *viel* tijdens de storm. (Let op: verleden tijd van intransitief werkwoord dat beweging zonder lijdend voorwerp beschrijft)
10. Wij *dansen* gisteren niet. (Hint: let op dat dit werkwoord in verleden tijd moet staan; correct is *dansten*)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot