Oefening 1: Eigennamen als onderwerp in Tamil-zinnen
2. *Meena* இன்று புத்தகத்தை வாசிக்கிறாள். (Gebruik hier een meisjesnaam als onderwerp.)
3. *Chennai* இந்தியாவின் ஒரு பெரிய நகரம் ஆகும். (Gebruik hier een plaatsnaam.)
4. *Kumar* பள்ளியில் விளையாடுகிறான். (Gebruik hier een jongensnaam als onderwerp.)
5. *Anita* பாடம் எழுதுகிறாள். (Gebruik hier een meisjesnaam als onderwerp.)
6. *Madurai* பழமையான நகரமாகும். (Gebruik hier een plaatsnaam.)
7. *Sundar* சின்ன பந்தாட்டம் விளையாடுகிறான். (Gebruik hier een jongensnaam.)
8. *Latha* பள்ளிக்கு நேரம் பார்த்துக் கொள்கிறாள். (Gebruik hier een meisjesnaam.)
9. *Coimbatore* தொழில்நுட்ப நகரமாகும். (Gebruik hier een plaats பெயர்.)
10. *Rajesh* நாளை படிக்கப் போகிறான். (Gebruik ஒரு பெயர் ஆகும்.)
Oefening 2: Eigennamen in combinatie met werkwoorden
2. *Arun* புத்தகத்தை எடுத்துக் கொண்டான். (Gebruik hier een jongensnaam met verleden tijd.)
3. *Madurai* இல் மழை பெய்தது. (Gebruik plaatsnaam met verleden tijd.)
4. *Priya* பாடம் முடித்தாள். (Gebruik meisjesnaam met voltooid werkwoord.)
5. *Karthik* விளையாட்டு விளையாடினான். (Gebruik jongensnaam met verleden tijd.)
6. *Chennai* ஒரு பெரிய நகராக வளர்ந்தது. (Gebruik plaatsnaam met verleden tijd.)
7. *Divya* பாடல் பாடினாள். (Gebruik meisjesnaam met verleden tijd.)
8. *Vijay* நண்பர்களுடன் சென்றான். (Gebruik jongensnaam met verleden tijd.)
9. *Coimbatore* இல் புதிய பள்ளி தொடங்கியது. (Gebruik plaatsnaam met verleden tijd.)
10. *Lakshmi* புத்தகம் கொடுத்தாள். (Gebruik meisjesnaam met verleden tijd.)