1. Ол *жақсы* жігіт. (Hint: Gebruik de mannelijke vorm van het adjectief “goed” voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord.)
2. Бұл *әдемі* қыз. (Hint: Gebruik de vrouwelijke vorm van het adjectief “mooi” voor een enkelvoudig vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)
3. Менің *жаңа* кітабым бар. (Hint: Gebruik de mannelijke vorm van “nieuw” voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord in het bezittelijk geval.)
4. Ол *қызыл* көйлек киіп жүр. (Hint: Gebruik de vrouwelijke vorm van “rood” voor een enkelvoudig vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)
5. Бізде *үлкен* үй бар. (Hint: Gebruik de mannelijke vorm van “groot” voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord.)
6. Сіз *жақсы* мұғалімсіз. (Hint: Gebruik de mannelijke vorm van “goed” bij beleefdheid voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.)
7. Олар *ақылды* студенттер. (Hint: Gebruik de meervoudsvorm van “slim” voor een mannelijk meervoud zelfstandig naamwoord.)
8. Бұл *күрделі* мәселе. (Hint: Gebruik de vrouwelijke vorm van “complex” voor een enkelvoudig vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)
9. Менің *еркін* уақытым көп. (Hint: Gebruik de mannelijke vorm van “vrij” voor een enkelvoudig mannelijk zelfstandig naamwoord.)
10. Ол *жасыл* бақта жұмыс істейді. (Hint: Gebruik de vrouwelijke vorm van “groen” voor een enkelvoudig vrouwelijk zelfstandig naamwoord.)

1. Мен *жақсыны* көргім келеді. (Hint: Gebruik de accusatief van het mannelijke adjectief “goed”.)
2. Біз *әдемілерді* шақырдық. (Hint: Gebruik de accusatief meervoud van het vrouwelijke adjectief “mooi”.)
3. Ол *жаңаға* қарап тұр. (Hint: Gebruik de datief van het mannelijke adjectief “nieuw”.)
4. Бұл *қызылмен* жазылған. (Hint: Gebruik de instrumentalis van het vrouwelijke adjectief “rood”.)
5. Мен *үлкеннен* қорқамын. (Hint: Gebruik de ablativus van het mannelijke adjectief “groot”.)
6. Сіз *жақсыға* сенесіз бе? (Hint: Gebruik de datief van het mannelijke adjectief “goed”.)
7. Олар *ақылдылармен* сөйлесті. (Hint: Gebruik de instrumentalis meervoud van het mannelijke adjectief “slim”.)
8. Бұл *күрделіге* жауап беру керек. (Hint: Gebruik de datief van het vrouwelijke adjectief “complex”.)
9. Мен *еркіннен* бастадым. (Hint: Gebruik de ablativus van het mannelijke adjectief “vrij”.)
10. Ол *жасылға* қарап тұр. (Hint: Gebruik de datief van het vrouwelijke adjectief “groen”.)