Oefening 1: Eerste voorwaardelijke zinnen in Maleis – Toekomstige acties
2. Jika saya *pergi* ke pasar, saya akan membeli buah. (Gebruik het werkwoord voor ‘gaan’ in de tegenwoordige tijd)
3. Jika dia *tidur* awal, dia akan bangun segar. (Gebruik het werkwoord voor ‘slapen’ in de tegenwoordige tijd)
4. Jika kita *makan* sekarang, kita tidak akan lapar nanti. (Gebruik het werkwoord voor ‘eten’ in de tegenwoordige tijd)
5. Jika mereka *bermain* sepak bola, mereka akan senang. (Gebruik het werkwoord voor ‘spelen’ in de tegenwoordige tijd)
6. Jika kamu *minum* air, kamu tidak akan haus. (Gebruik het werkwoord voor ‘drinken’ in de tegenwoordige tijd)
7. Jika saya *bekerja* keras, saya akan mendapatkan gaji tinggi. (Gebruik het werkwoord voor ‘werken’ in de tegenwoordige tijd)
8. Jika dia *membaca* buku itu, dia akan mengerti ceritanya. (Gebruik het werkwoord voor ‘lezen’ in de tegenwoordige tijd)
9. Jika kita *berjalan* cepat, kita akan sampai tepat waktu. (Gebruik het werkwoord voor ‘lopen’ in de tegenwoordige tijd)
10. Jika mereka *menonton* film itu, mereka akan tertawa. (Gebruik het werkwoord voor ‘kijken’ in de tegenwoordige tijd)
Oefening 2: Eerste voorwaardelijke zinnen in Maleis – Voorwaardelijke situaties
2. Jika saya *tidak tidur* cukup, saya akan mengantuk. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet slapen’ in de tegenwoordige tijd)
3. Jika dia *tidak datang* ke sekolah, dia akan ketinggalan pelajaran. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet komen’ in de tegenwoordige tijd)
4. Jika kita *tidak membawa* payung, kita akan basah jika hujan. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet meenemen’ in de tegenwoordige tijd)
5. Jika mereka *tidak belajar*, mereka akan gagal ujian. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet leren’ in de tegenwoordige tijd)
6. Jika kamu *tidak minum* air, kamu akan haus. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet drinken’ in de tegenwoordige tijd)
7. Jika saya *tidak bekerja* dengan serius, saya tidak akan sukses. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet werken’ in de tegenwoordige tijd)
8. Jika dia *tidak mendengarkan*, dia tidak akan mengerti. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet luisteren’ in de tegenwoordige tijd)
9. Jika kita *tidak berlatih*, kita tidak akan menjadi lebih baik. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet oefenen’ in de tegenwoordige tijd)
10. Jika mereka *tidak tidur* malam ini, mereka akan lelah besok. (Gebruik het werkwoord voor ‘niet slapen’ in de tegenwoordige tijd)